Louis Stiller was meer dan tien jaar de drijvende kracht achter Schrijven Magazine, Schrijven Online en de Schrijfbibliotheek. In dit boek verzamelde hij de schrijfoefeningen, -tips en ideeën die hij opdeed. Niet alleen als hoofdredacteur maar vooral ook als docent van de Schrijversvakschool Amsterdam, sv Groningen en de Schrijven Online Academie.
Door Het Grote Schrijf-Doe-Boek kun je je niet alleen een jaar lang laten inspireren, maar kun je ook technieken oefenen en ideeën opdoen. Alle literaire genres hebben een eigen plek: van verhalen tot essays, van gedichten tot dialogen. Tezamen vormen ze een staalkaart van de mogelijkheden die creatief schrijven biedt.
Poëzie mag de naam hebben verheven, zwaarwichtig en complex te zijn, volgens Ellen Deckwitz is dat allemaal van geen belang als je zelf gedichten gaat schrijven. `Als je poëzie gaat schrijven probeer je een moment te vangen in woorden, met behulp van beelden en ingedikte taal. Die woorden moeten precies gekozen zijn, zodat het iets oproept in het hoofd van de lezer.'
In Zo word je een geweldige dichter geeft Deckwitz de beginnende en gevorderde dichter inzichten en instrumenten om van een idee, een beeld, een gevoel of een inval een sterk gedicht te maken. Ze leert je de complete gereedschapskist van de dichter te gebruiken en zal in het bijzonder ingaan op het krijgen en verwerken van inspiratie. Wie vertelt je gedicht en wat wil je eigenlijk vertellen? `Lieg maar raak, zolang het maar goede en mooie vondsten oplevert.
Storytelling in 12 stappen is gebaseerd op de monomythe van Joseph Campbell en The Writers Journey van Christopher Vogler, ook wel bekend als De Reis van de Held. Voor schrijvers en verhalenvertellers vormt deze mythische verhaalstructuur een onuitputtelijke inspiratiebron.
In deze praktische schrijfgids behandelt scenarioschrijver en schrijfdocent Mieke Bouma dit verhaalmodel stap voor stap. Storytelling in 12 stappen biedt schrijvers en verhalenvertellers richtlijnen voor het construeren van sterke plots en het creëren van universele en levensechte karakters. Oefeningen en praktische opdrachten helpen bij het oplossen van schrijfproblemen, zorgen voor inspiratie en prikkelen de verbeelding.
Dit boek is niet alleen een avontuur voor auteurs, scenaristen, toneelschrijvers en producenten, maar voor iedereen die van verhalen houdt en ze wil (leren) schrijven of vertellen.
In `Plot' biedt Louis Stiller, grondlegger van de Schrijfbibliotheek, beginnende en gevorderde schrijvers verdere verdieping, ideeën, inzichten en praktische hulp bij het creatief schrijfproces. In `Plot' worden onder andere de volgende onderdelen behandeld: wat is een plot, wat betekent het voor het schrijfproces, voor de personages, het perspectief en de scèneopbouw, en hoe kom je van plotten naar schrijven? Aan de hand van voorbeelden uit literatuur, film, podcasts en games biedt Stiller schrijvers de benodigde praktische handvatten om aan de slag te gaan.
`Plot' is onderdeel van een serie nieuwe delen van de Schrijfbibliotheek, die zich richt op de gereedschappen van de schrijver: plot, tijd, ruimte, personage, scènes en show, don't tell.
In `Tijd' behandelt Louis Stiller, grondlegger van De Schrijfbibliotheek, de verschillende manieren waarop je tijd kunt gebruiken om je verhaal te vertellen. Wat voor structuur kent je verhaal: lineair, cirkel, spiraal of nog iets anders? Wanneer gebruik je flashbacks en flashforwards, welk verteltempo past bij welk verhaal? Gebaseerd op interviews met schrijvers en voorzien van tips uit de wereldliteratuur, films en andere verhalende kunsten biedt Stiller een praktische en inspirerende gids voor iedere (beginnende) schrijver.
`Tijd' is onderdeel van een serie nieuwe delen van de Schrijfbibliotheek, die zich richt op de gereedschappen van de schrijver: plot, tijd, ruimte, personage, scènes en show, don't tell.
Het essay is de minst bekende van de vier grote literaire genres (naast proza, poëzie en drama), maar wordt het meest beoefend. Van filmrecensies tot de biografie: allemaal behoren ze tot het genre dat in de zestiende eeuw door Michel de Montaigne werd uitgevonden. In zijn meest zuivere vorm is een essay een persoonlijke bespiegeling die de lezer uitdaagt om mee te denken, tegenargumenten en -voorbeelden te verzinnen en in debat te gaan met de essayist. Hoe je dit moet doen, en welke handgrepen je nodig hebt om essays te schrijven, is het onderwerp van dit deel uit De Schrijfbibliotheek.
De auteur, Louis Stiller, is niet alleen hoofdredacteur van Schrijven Magazine, maar ook essaydocent aan de Schrijversvakschool en schrijver van diverse essayboeken. In 1991 won hij de eci-essayprijs
Dit is een e-bookversie van de Prisma Grammatica Nederlands.
De Prisma Grammatica's bieden heldere uitleg met veel voorbeelden over alle grammaticale aspecten van een taal. Deze ideale naslagwerken zijn overzichtelijk ingedeeld en hebben een uitgebreid register, zodat je snel vindt wat je zoekt.
Wat is een bijvoeglijk naamwoord? Welke woordsoorten zijn er? Wat is een goede woordvolgorde? Hoe zit dat nou precies met de d's en de t's in werkwoorden? Waar zet je precies een komma? Welke woorden schrijf je aan elkaar en wanneer gebruik je een verbindingsstreepje?
Het antwoord op deze en veel andere vragen vind je snel in deze Prisma Grammatica Nederlands. Het boek is onmisbaar voor taalstudenten, voor iedereen die de regels van het Nederlands correct wil toepassen en het is ook goed te gebruiken als cursusboek.
Henriëtte Houët is trainer-adviseur schriftelijke bedrijfscommunicatie bij Vergouwen Overduin bv te Badhoevedorp.
Vijftienduizend gedichten kreeg de jury van de Turing Nationale Gedichtenwedstrijd eind 2009 te verwerken. Gedichten schrijven lijkt dan ook een nationale bezigheid geworden. Toch tobben vele dichters en dichters-in-spe met grote vragen. Rijm je, of rijm je juist niet? Waar breek je een regel af en waarom? En wat kun je in een gedicht met verhaaltechnieken als perspectiefkeuze, ruimtebeschrijving en tijdbehandeling.
Deze e-bookuitgave van Teksten redigeren biedt een helder systeem van ijkpunten waarmee u de kwaliteit van uw teksten kunt verbeteren. Onmisbaar voor iedereen met redactietaken, zoals eindredacteuren, bureauredacteuren, secretaressen, marketing- en communicatiemedewerkers, pr-adviseurs, en voor studenten in opleiding. Maar ook voor wie de kwaliteit van zijn eigen teksten wil verbeteren.
Het boek bevat een doeltreffende checklist voor de beoordeling en verbetering van teksten. Met heldere regels voor spelling, leestekens, woordkeuze, zinsbouw, stijl, begrijpelijkheid, argumentatie, tekststructuur én praktische adviezen voor tekstsoort en tekstinhoud.
Wim Daniëls - zelf schrijver met vele publicaties op zijn naam - biedt met dit boek iedereen met een redactietaak houvast om teksten te verbeteren. Alle afwegingen die u moet maken om uw teksten hun doel te laten bereiken, staan in dit boek duidelijk en overzichtelijk beschreven, met veel voorbeelden uit de praktijk.
* een checklist waarmee u de kwaliteit van uw teksten kunt garanderen
* praktisch en resultaatgericht
* met een handige index
Een kort verhaal lijkt op een foto, beweert Ton Rozeman in Korte verhalen schrijven. Als schrijver laat je immers zien wat er binnen het kader gebeurt, terwijl je tegelijkertijd oproept wat daarbuiten te zien is. Zo kun je met beperkte middelen enorm veel bereiken, zoals de grootmeesters van het korte verhaal telkens weer aantonen.
Rozeman gebruikt de camera- en fotometafoorom schrijvers van het korte verhaalinzichten en technieken aan te reiken. Wat kun je bijvoorbeeld met contrast? En wat zie je door de zoeker als je je verhaal bekijkt? Een nieuwe manier om naar verhalen te kijken, is een van de vele reacties op Rozemans schrijfblog Shortstory.nu.
`Schrijf je levensverhaal' van Mieke Bouma is een praktische gids voor autobiografisch werk.
Word archeoloog van je eigen historie: het boek bevat tal van praktische oefeningen en opdrachten om je levensverhaal op te schrijven. Het is meer dan alleen terugblikken en noteren: het is zoeken naar een rode draad, orde scheppen in de chaos van de eigen herinneringen, en van schijnbaar willekeurige gebeurtenissen een plot weten te maken. Het resultaat is een verhaal dat alleen jij kan vertellen.
In `Ruimte' behandelt Louis Stiller, grondlegger van de Schrijfbibliotheek, de verschillende manieren waarop je settings en ruimtes kunt gebruiken om je verhaal te vertellen. Wat voor rol kan de ruimte (binnen- en buitenruimte, landschap, omgeving) spelen in verhalen? Hoe kun je ruimte als dramatische factor gebruiken in je verhaal? En hoe doe je onderzoek naar die ruimte? Gebaseerd op interviews met schrijvers en voorzien van tips uit de wereldliteratuur, films en andere verhalende kunsten biedt Stiller een praktische en inspirerende gids voor iedere (beginnende) schrijver.
`Ruimte' is onderdeel van een serie nieuwe delen van de Schrijfbibliotheek, die zich richt op de gereedschappen van de schrijver: plot, tijd, ruimte, personage, scènes en show, don't tell.
Het papier is geduldig, de lezer niet. Daarom is het zaak dat je je boodschap zo helder en aantrekkelijk mogelijk op papier zet, zodat je de aandacht van je lezers beter vasthoudt en ze in één keer begrijpen wat je wilt zeggen.
Met de tips en trucs in Hoe schrijf je dat? leer je hoe je meer vaart in je teksten brengt, hoe je de begrijpelijkheid vergroot en hoe je het kort en bondig houdt. Het boek besteedt ook aandacht aan fouten en twijfelgevallen in zinsbouw, woordkeus én de nieuwe (groene) spelling.
Fouten en twijfelgevallen
Denk daarbij aan zaken als 'kromme zinnen', een aantal is/zijn, u of uw, een aantal chronische taalziektes als de haar-ziekte, wat-ziekte, het hun-hebbensyndroom, het groter-als-jouvirus en de Engelse losschrijfziekte. Vanzelfsprekend komen ook de d's en t's in werkwoorden (ook Engelse) aan de orde, net als die lastige tussen-n (pannekoek of pannenkoek), punten, komma's, haakjes, streepjes en andere schijnbaar onbelangrijke leestekens.
Uitgebreid trefwoordenregister
Om snel antwoord op je vragen te vinden, bevat dit boek een uitgebreid trefwoordenregister. Op de betreffende pagina's vind je die trefwoorden in de marge of in een kop. Dat zoekt snel en gemakkelijk terug.
In 'Reisverhalen schrijven' laat Jan Donkers zien welke inzichten en technieken je nodig hebt om een sterk reisverhaal of een boeiend reisverslag te schrijven. Reizen en schrijven lijken voor elkaar geschapen. Onderweg staan de zintuigen immers op scherp en komen de verhalen vanzelf. Maar zijn ze boeiend genoeg om een groot publiek aan te spreken? Hoe vaak willen we nog lezen over knetterende tuktuks en wuivende rijstvelden? Donkers maakt duidelijk hoe cruciaal de voorbereiding, de research en het aloude schrijfboekje zijn. Aan de hand van talloze voorbeelden uit de wereldreisliteratuur toont hij aan wat het verschil is tussen een saaie en een boeiende reportage, en waar de reis echte verhalen oplevert.
Schrijven is schrappen is een bekend schrijfdogma, maar hoe werkt dit in de praktijk? En hoe ver strekt deze regel zich uit?
Heel ver, betoogt schrijver en schrijfdocent Hans Hogenkamp: niet alleen op het gebied van woorden, zinnen en alinea's, maar ook op het gebied van scènes, tijd, personages, verhaallijnen, locaties en thema's. Door te suggereren, te doseren en je vertelmiddelen zo functioneel mogelijk in te zetten, kunnen schrijvers de zeggingskracht van hun verhalen en romans sterk vergroten.
In Schrijven is schrappen geeft Hans Hogenkamp tal van inzichten, ideeën en tips die de effectiviteit en zeggingskracht van fictieschrijvers zullen verhogen. Schrappen: de snelste en makkelijkste manier om je verhaal te verbeteren.
Na De wil en de weg, volgens Mark Schaevers in Humo het interessantste schrijvershandboek dat in ons taalgebied op de markt is, richt Jan Brokken zich in Het hoe tot de meer gevorderde schrijvers. Het componeren van een boek staat centraal in Het hoe, waarbij het Brokken niet uitmaakt of het een roman, een novelle, een thriller of een non-fictieboek is. In alle literaire genres moet het verhaal pakkend verteld worden en het drama een dwingende intrige krijgen. Brokken plukt zijn voorbeelden uit de wereldliteratuur en soms ook uit zijn eigen lange ervaring als schrijver. Aan de hand van toneelstukken en films laat hij de finesses van de dramatische opbouw zien. Het hoe nodigt schrijvers uit tot nadenken over vorm, stijl, taal. Tegelijk spoort het aan tot grondig lezen.
Toneelschrijven is een kunst die zich lastig laat vangen. Als je moet schrijven voor een improviserend gezelschap dat locatietheater maakt, heb je een heel andere benadering en methode nodig dan wanneer je een opdracht krijgt voor een schoolvoorstelling.
Zoveel schrijvers, zoveel zinnen. Hoe begin je? Hoe bouw je een goede scène op? Wat vertelt een dialoog wel en niet? Hoeveel moet je weten over je personages? En: hoe groot is de invloed van de regisseur?
Journalist, schrijver en schrijfdocent Willy Hilverda ging in gesprek met dertien theaterschrijvers over hun schrijfmethode, werkwijze en techniek. Van de stevige structuur van Ger Beukenkamp tot het plotloze montagetheater van Gerardjan Rijnders. Van het schrijven via de band van Jan Veldman tot het werken vanuit improvisatie van Moniek Merkx.
Naast de weergegeven gesprekken, die de afgelopen jaren in Schrijven Magazine werden gepubliceerd, zijn in dit boek ook tips en handige lijstjes voor toneelschrijvers opgenomen.
Schrijft u? Dan is dit boek voor u. In Voor de vorm is de schrijver namelijk het uitgangspunt. Op welke taalproblemen stuit u tijdens het schrijven? Wat is daarvoor de beste oplossing? Dit boek volgt de weg die een schrijver bij het schrijven aflegt: van formulering via spelling naar interpunctie.
- Zinsbouw: hoe schrijft u glasheldere, foutloze zinnen?
- Stijl: hoe voorkomt u stijlfouten?
- Beeldspraak: welke soorten beeldspraak zijn er en wanneer past welke het best?
- Woordkeuze: hoe gebruikt u eufemismen, synoniemen en stijlregisters?
- Spelling: wat zijn de lastigste kwesties en de meest gemaakte fouten?
- Interpunctie: wanneer is welk leesteken op z'n plaats?
Voor de vorm biedt antwoord op deze en andere taalvragen waar u tijdens het schrijven tegen aanloopt. De opbouw van het boek zorgt ervoor dat u geen woord te veel hoeft te lezen om een oplossing te vinden, zodat u snel weer verder kunt schrijven.
Samen met Schrijfstijl. De basis voor een goede tekst voor het vergroten van uw taalinzicht hebt u met Voor de vorm. Taalvraagbaak voor schrijvers alles bij de hand om foutloze kopij te schrijven.
Song- en liedteksten schrijven is een enthousiasmerend betoog over het maken van allerhande liedteksten. Van popsongs en raps tot smartlappen en theaterliederen. Zonder vooropgezette ideeën over rijm en metrum onderzoekt Yke Schotanus wat het betekent als een tekst op muziek gezet moet worden - voor de vorm, de inhoud en het creatieve proces. Wat is het nut van rijm? Hoe komt het dat popsongs en raps vaak heel ritmisch klinken, terwijl ze helemaal geen vast metrum hebben? En hoe maak je van een eenvoudige, toegankelijke tekst zoals een liedje toch iets bijzonders: poëzie? Talrijke voorbeelden van bekende liedteksten maken songs schrijven inzichtelijk.
Yke Schotanus is onder andere schrijfdocent, schrijver en componist. Hij publiceerde zowel leesgedichten als liedjes. Gedichten en poëzievertalingen van hem verschenen in de Volkskrant, De zingende zaag, Tzum en De Tweede Ronde. Schotanus is een van de vaste medewerkers van Schrijven Magazine.
Dit boek is de vervanger van Dames en heren! isbn: 9789045701769. De inhoud is identiek.
Goede verhalen zijn spannend, boeiend, fascinerend. Maar hoe bereik je dat? Jan Brokken geeft les aan jonge schrijvers. Getuige De wil en de weg doet hij dat op een meeslepende manier. Brokken put uit eigen ervaring, als schrijver en als journalist. Hij interviewde tientallen schrijvers in binnen-en buitenland, onder andere voor de veelgeprezen serie 'Schrijven' in Haagse Post.
Brokken springt in zijn nieuwe boek moeiteloos heen en weer van literatuur naar film en toneel, van fictie naar non-fictie, van kinderboeken naar thrillers, van negentiende-eeuwse klassiekers naar hedendaags proza. Hij wijst op de vele hindernissen die jonge schrijvers moeten overwinnen, maar doet dat op stimulerende wijze. Hij maakt van alles een verhaal: van het gebruik van de komma, de monoloog, de dialoog, de eerste zin, de laatste sc en de spannings-boog. Even vaak geeft hij jonge schrijvers praktische adviezen.
`Een verhalenverteller van het zuiverste water.
Jan Robbemond, Algemeen Dagblad
`Een van de belangrijkste schrijfboeken van het laatste decennium. Schitterend geschreven, zoals we van Jan Brokken gewend zijn.
D I K VA N D E R M E U L E N E N M O N I C A S O E T I N G
Hoe schrijf je een biografi e
N I E U W I N D E S C H R I J F B I B L I OT H E E K
Hoe schrijf ik een biografi e laat zien welke problemen en valse verleidingen de biograaf het hoofd moet bieden maar vooral ook hoe aangenaam en bevredigend het schrijven van een biografi e kan zijn. De biografi e lijkt in Nederland en België een bloeiperiode door te maken. Van steeds meer wetenschappers, politici, kunstenaars en zelfs nietpublieke fi guren worden biografi eën geschreven. Daardoor neemt ook de behoefte aan aanbevelingen en richtlijnen voor levens verhalen toe.
Hoe schrijf ik een biografi e is in de eerste plaats een praktische handleiding. In overzichtelijke hoofdstukken zetten de auteurs, beiden met de nodige ervaring in het schrijven van biografi eën, uiteen hoe je een biografi e zou kunnen schrijven. Een biograaf moet voortdurend keuzes maken. Krijgt het boek een chronologische of een thematische opbouw? Zijn herinneringen en ooggetuigenverslagen betrouwbaar? Mag een biograaf van de hoofdpersoon "door het sleutelgat loeren"? Op deze en vele andere vragen gaat dit boek uitvoerig in. De auteurs sluiten af met een beschouwing over de huidige stand van zaken van de Nederlandstalige biografi e.
Dik van der Meulen schreef een biografi e van Multatuli, waarvoor hij in 2003 de akoliteratuurprijs ontving. Monica Soeting is hoofdredacteur van het Biografi e Bulletin. Zij werkt aan een biografi e van Cissy van Marxveldt.
paperback, 14 × 20 cm
ca. 112 pp, ca. 12,50
omslagillustratie Ien van Laanen
vormgeving Sander Pinkse Boekproductie
isbn 9789045702056
nur 624
januari 200
Er zijn maar zesendertig dramatische situaties!' Iedere schrijver kent deze stelling in allerlei variaties, van: 'Er zijn maar een stuk of dertig plots', tot 'Eigenlijk zijn er maar een stuk of dertig moppen, de rest is allemaal variatie.' De uitspraak is afkomstig van de Italiaan Carlo Gozzi. Hij heeft er echter nooit bij verteld welke zesendertig dat dan wel waren.
Friedrich Schiller heeft geprobeerd er meer te vinden maar kwam niet eens tot dat aanal. Het moest tot het begin van de 20ste eeuw duren voor de Fransman Georges Polti met zijn Les trente-six situations dramatiques kwam.
Schrijver Jan Veldman bewerkt het boekje in zijn eigen stijl. Hij houdt de classificatie van Polti aan, maar voegt er voorbeelden aan toe uit de klassieke en moderne literatuur, uit toneelstukken, romans, uit de geschiedenis, de actualiteit en uit films en strips.
Uit dit boek kan de potentiële schrijver, op zoek naar een goed verhaal of idee, inspiratie halen.
In `Van kort verhaal naar roman' onderzoekt Inge Schouten de verschillen en overeenkomsten tussen een kort verhaal en een roman. De meeste prozaschrijvers beginnen hun carrière namelijk met een kort verhaal. Maar hoe moet dat als je een groter geheel wilt opzetten en streeft naar een novelle of zelfs een roman? Hoe doe je dat, zo'n grote structuur en spanningsboog opzetten? Waarin verschilt een personage in een kort verhaal van dat in een roman? Hoe zit het met het conflict en de setting? Niet elk verhaal is geschikt om als roman door het leven te gaan. En sommige korte verhalen willen juist te veel vertellen en komen beter tot hun recht in een roman. In dit boek geeft Schouten aan de hand van verschillende verhaalelementen aanwijzingen voor schrijvers die meer willen dan een kort verhaal.