De vragen die ondernemer en financieel expert Jack Cox (1969) stelt in Vlindereconomie: Hoe houdbaar is ons financiële systeem en is ons economisch handelen te vergelijken met het gedrag van een rups die eet en eet zoveel hij kan? Onze Nederlandse levensstijl zorgt ervoor dat we inmiddels al drieënhalve planeet nodig hebben om te voorzien in onze levensbehoeftes. Hoe kunnen we er nu voor zorgen dat we onze aarde op een gezonde en verantwoorde wijze overdragen aan de volgende generatie? Het antwoord vond Cox in de natuur en in de wijsheid van volkeren die leven volgens de oer-wetten van die natuur. Hij vond het ook in de Afrikaanse filosofie van Ubuntu, die stelt dat iedere mens alleen bestaat door anderen.
De analyses van een aantal spraakmakende economen, historici en politici vormden voor Cox de basis van de uitgangspunten voor zijn Vlindereconomie.
Zoals een rups transformeert naar een vlinder, zo zal onze economische denkwijze moeten verschuiven van groei naar ontwikkeling.
Toenemende bevolkingsgroei, het milieu en armoede, het zijn maar drie onderwerpen die zijn te herleiden tot economie. In dit deel uit de serie Elementaire Deeltjes legt Partha Dasgupta, een wereldwijd erkende autoriteit op het gebied van economie, basisprincipes uit zoals efficiency, kapitaal, duurzaamheid, dynamisch evenwicht, eigendom, marktwerking en publieke goederen.
In dit boekje wordt inzichtelijk gemaakt hoe economische basisprincipes doorwerken in processen die een mensenleven vormgeven. Dasgupta legt uit hoe het probleem van overbevolking ons op regionaal, nationaal en internationaal niveau raakt. Ook laat hij zien dat er in de economie oplossingen zijn voor menselijke problemen en biedt hij handvatten voor het ontwikkelen van beleid op dit punt.
"Geweldige inleiding die wiskundige en statistieke onderzoeksresultaten in recht voor zijn raap proza biedt" - Financial Times
Partha Dasgupta is hoogleraar economie aan de Universiteit van Cambridge en onderzoeker aan het St. Johns College in Cambridge.
Nederland verkeert in een economisch, sociaal en politiek kwetsbare periode. In De Triple A-econoom betoogt Marcel Canoy dat het denken over de huidige crisis is vastgelopen in een onvruchtbare tweestrijd tussen tegengestelde vormen van economische beschouwing: één gedreven door cijfers, de ander door cynisme. Cijfers bepalen de `enge economie, zoals deze doorgaans onderwezen en bedreven wordt: een wetenschap die haar object als meetbaar fenomeen opvat, dat zich laat vangen in getallen, grafieken en formules. De `enge econoom wordt gehekeld door de cynicus, die de bevindingen van de economische wetenschap wegzet als abstracties die weinig te maken hebben met de werkelijkheid.
Canoy plaatst deze denkers in het gezelschap van een derde figuur, de Triple A-econoom. Deze neemt het beste van beide werelden. Waar de cynicus zich beperkt tot de analyse en de aanklacht zonder daar een reëel toekomstperspectief tegenover te stellen, is de Triple A-econoom zowel kritisch als oplossingsgericht. Anders dan de cynicus, voor wie economische modellen per definitie waardeloos zijn, acht de Triple A-econoom de bevindingen van de economische wetenschap wel degelijk waardevol, mits ze een zinvoller interpretatie krijgen, door de maatschappelijke geldigheid van deze modellen te onderzoeken en de eigen filosofische aannamen te expliciteren.
De Triple A-econoom put inspiratie uit het werk van Aristoteles, Thomas van Aquino en Adam Smith. Aristoteles plaatste het streven naar individueel geluk in het teken van collectief geluk; Thomas van Aquino meende dat zelfs het kwaad tot het goede te herleiden is, zij het met de nodige sturing; en Adam Smith onderkent het marktmechanisme als magisch ordenend principe, maar benadrukt de relatie tussen wederzijdse genegenheid en welbegrepen eigenbelang. Wanneer we handelen in de geest van deze filosofen, kunnen bevindingen uit de economie volgens Canoy een weg vinden naar en in de maatschappij. Een land of bedrijf met een drievoudige A-status waarborgt solide krediet; een Triple A-econoom waarborgt solide inzicht.
Over de auteur(s):
Marcel Canoy is hoogleraar zorgeconomie aan de Universiteit van Tilburg en als hoofdeconoom verbonden aan Ecorys (advies en consultancy). Hij verzorgde tal van publicaties in binnen- en buitenland en treedt veelvuldig op in de media.
This book is about finance and accounting, subjects widely discussed in many other books. What sets this book apart from most others is that it discusses all the basic aspects of finance and accounting in one single textbook. Three areas of interest are discussed:
¿ Financial Management;
¿ Management Accounting;
¿ Financial Accounting.
Typically, these three subjects are treated separately as individual topics. They are closely related, however, since they all deal with the many financial issues facing business organizations. All topics are discussed at an introductory level, which makes this book very useful for introductory courses on finance & accounting. This book will be of interest to students preparing for a more in depth study of the topics later in their curriculum as well as for those who need a basic yet comprehensive introduction to the subject. The book¿s intended audience is students following bachelor programs of business science. However, it may also be suitable for master program students, especially for those students whose focus is more on practical relevance than on academic theory.
Dit boek is geschreven voor iedereen die op een praktische manier kennis wil maken met projectmanagement. Het is primair bedoeld voor gebruik in het hoger onderwijs. De inhoud is gebaseerd op de recente inzichten en opvattingen over projectmanagement. Er wordt onderscheid tussen vijf verschillende soorten projecten:
1. Persoonlijk project
2. Gemeenschappelijk leerproject
3. Teamproject
4. Organisatieproject
5. Commercieel project
Deze aanpak sluit aan bij de beleving van mensen die voor het eerst met een project in aanraking komen. Doordat zij de meest eenvoudige, en misschien ook wel meest herkenbare vorm het eerst in het boek tegenkomen zien zij hier direct de toepassing voor. Elke volgende vorm bouwt verder op de kennis en het begrip dat is opgedaan.
De hoofdstukindeling is als volgt:
H1 Inleiding
H2 Een geschiedenis van projectmanagement
H3 Het persoonlijk project
H4 Het gemeenschappelijk leerproject
H5 Het Teamproject
H6 Het Organisatieproject
H7 Commerciële projecten
Alle hoofdstukken hebben een vaste opzet:
Inleiding
Beschrijving van een voorbeeldproject
Een mini-methode met technieken en gedragsmatige aspecten voor
projectmanagement op dit niveau
Individuele en groepsopdrachten
Een aantal relevante theorieën
Samenvatting
De theorieën staan als een apart kader op die plaatsen waar dit relevant is.
In hoofdstuk 7 wordt een korte toelichting gegeven op de belangrijke projectmanagement-methoden en frameworks: PRINCE2, ICB, PMBOK Guide en andere relevante onderwerpen.
Bij het boek wordt een website ontwikkeld. Deze bevat:
-Cases
-Tools en formats, voor het opzetten en monitoren van projecten, zoals een risicoanalyse en een model voor tijdverantwoording
- Toetsen met feedback en studieadvies
Na de Koude Oorlog leek de enige relevante theorie om de economie te begrijpen en te beïnvloeden de neoklassieke. Economen die anders dachten, werden afgedaan als naïef, of nog erger, als dom. De financiële crisis heeft op pijnlijke wijze laten zien dat deze beperkte blik onterecht is en zelfs veel schade kan toebrengen. Irene van Staveren pleit daarom voor een pluralistische benadering van de economie.
Van Staveren presenteert in dit boek enkele belangrijke inzichten van tien `vergeten' economen, gekoppeld aan problemen die aan het licht kwamen bij de recente financiële crisis. Deze inzichten helpen om te begrijpen wat er fout ging en hoe we dat in de toekomst kunnen voorkomen. Van Staveren laat zien dat we geen nieuwe economische theorieën nodig hebben, omdat bestaande theorieën voldoende oplossingen bieden voor onze economische uitdagingen.
Het zijn juist economen als Keynes, Marx, Robinson en Veblen - over wie men ooit lacherig deed - die ons nu kunnen helpen een duurzame economie op te zetten.
CBU-167289
Dit boek helpt (middel)grote organisaties bij het ontwikkelen en vergroten van enterprise agility. Anders gezegd: hoe kan je als organisatie snel en wendbaar waarde leveren in samenwerking met jouw gebruikers? De auteurs geven de lezer niet alleen zicht op wat er nodig is om tot enterprise agility te komen, ze geven ook praktische handvatten die helpen bij het uitvoeren van een dergelijke transformatie. En dit alles gebaseerd op langdurige ervaring met consultancy en trainingen bij grote organisaties, zoals de Nationale politie, Havenbedrijf van Rotterdam en de Belastingdienst.
In logische stappen van schaalvergroting nemen de auteurs de lezer vanuit de onderliggende principes mee, via snelle wendbare teams en onderlinge samenwerkingsverbanden naar het ontwikkelen van enterprise agility binnen de gehele organisatie. Bij iedere stap wordt inzichtelijk gemaakt op welke wijze de bijbehorende uitdagingen met passende effectieve aanpakken kunnen worden opgelost, zonder op snelheid en wendbaarheid in te boeten. De auteurs nemen de lezer mee in de keuzes die worden gemaakt en hoe daarbij de bijbehorende consequenties het hoofd te bieden. Bekende theorieën en practices worden op een heldere wijze samengebracht en voorzien van praktische handvatten om er daadwerkelijk mee aan de slag te kunnen gaan.
Aan de orde komen uitwerkingen van gewenste patronen als ook het reduceren van al aanwezige anti-patronen. Bekende practices als Scrum, Kanban en Devops, maar ook alle betrokken rollen zoals die van de product owner, het management, ondersteunende teams en kaderstellende afdelingen worden in verhouding tot het geschaald werken gepositioneerd. Om uiteindelijk tot een organisatie te komen waarbij de focus verschuift van output genereren naar impact creëren. Door een praktische insteek wordt de lezer geholpen om zichzelf en anderen te stimuleren om de transformatieperiode zo kort mogelijk te maken en de daadwerkelijke mindshift door te maken.
De auteurs hebben gezamenlijk uitgebreide ervaring en deskundigheid waarmee zij individuen tot hele organisaties in beweging weten te brengen.
Marco de Jong is sinds 2009 actief als begeleider van transformaties naar Lean en enterprise agility en is één van de grondleggers van het ScALE framework. Hij is sinds 2016 actief als consultant bij de Nationale politie en heeft de organisatie gedurende deze periode intensief begeleid bij de diverse transformatiestappen. In het samenwerken ontdekte Marco in Femke Hille een gedrevenheid op het verhogen van effectiviteit, wat leidde tot de ontwikkeling van een zeer succesvol trainingsprogramma. Dit boek is dan ook een gevolg van deze succesvolle samenwerking en vervult hun beider behoefte aan het delen van kennis en kunde met anderen.
Duurzaamheid en Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) zijn niet meer weg te denken themas in de huidige maatschappij.
Dit boek gaat over duurzaamheid in het managen van projecten. Oftewel: niet alleen `groene projecten, maar het beschouwen van duurzaamheid in het managen van alle mogelijke projecten. Dat vereist duurzaam denken, maar vooral duurzaam doen. Het gaat ook over de projectmanager die een balans moet zien te vinden tussen wat mensen willen en kunnen, wat de aarde beschikbaar stelt en wat financieel rendabel is. Duurzaam projectmanagement is in feite MVO in de praktijk.
De link tussen duurzaamheid en projecten is niet nieuw. Maar het accent in deze relatie is de laatste jaren veranderd. Duurzaamheid in projecten ging aanvankelijk over de continuïteit van het resultaat. Met name in ontwikkelingsprojecten heeft de zorg voor de continuïteit van het projectresultaat geleid tot studies en publicaties die duurzaamheid (in het Engels `sustainability) koppelen aan projectmanagement-processen. Het inzicht dat duurzaamheid draait om verandering, heeft echter geleid tot een vernieuwde aandacht voor duurzaamheid in projectmanagement.
In dit boek geven de auteurs handen en voeten aan duurzaam projectmanagement. Met concrete toepassing in de projectmanagementprocessen op basis van de methode PRINCE2 (en uiteraard veel breder toepasbaar). Met aandacht voor de weerbarstigheid van verandering, handzame tools en technieken. en praktische voorbeelden. Maar vooral ook voor de competenties die het vraagt van de projectmanager. Want het succes van projecten hangt af van mensen, niet van processen en procedures. Een bruikbaar boek dus!
Dit boek bevat een aantal opstellen op het gebied van de wijsbegeerte van de economie, die werden geschreven of geconcipieerd tijdens de jaren waarin de auteur dit vak doceerde aan de Erasmus Universiteit te Rotterdam. De opstellen gaan vooral over de ethische maatstaven die kunnen worden aangelegd aan wat vaak gemakshalve als 'economische politiek' wordt aangeduid. Onderwerpen die aan de orde komen zijn o.a. de zin van politieke ethiek, rechtvaardigheidsconcepties en hun betekenis voor de zogenoemde doeleinden van economische politiek, het ideale geldstelsel, de fenomenologische benadering van economie, de verhouding tussen middelen en doelen, milieubehoud, de ontwikkeling van arme landen, staatsschuldbeheersing, de grondslag van democratische werkgelegenheidspolitiek, de zin van Europese integratie, de achtergrond van de dynamische ontwikkeling van de havenstad Rotterdam, en de recente schuldencrisis.
In dit boek wordt een inleiding gegeven in het managen van (operationele) financiële processen en prestaties van organisaties in de sport en recreatiesector.
Deze derde editie is op basis van ervaringen met eerdere edities van theorie- en opgavenboek tot stand gekomen. Het vormt nu een bundeling van theorie en opgaven in één. Tevens hebben docenten, studenten en praktijkprofessionals, allen met hun eigen achtergrond en ervaring, deze editie verrijkt.
Het boek is interessant voor zowel reeds in de branche werkzame sportprofessionals als voor hen die hiervoor studeren in het beroepsonderwijs.
Op de bij dit boek behorende website, www.gripenzicht.nl, is meer informatie en studiemateriaal te vinden.
Financial Education 101: is a comprehensive and easy-to-understand book that teaches the essentials of personal finance. Written for those new to managing their finances, the book covers essential topics such as budgeting, saving, investing, and managing debt. It also provides tips on creating a financial plan and setting financial goals. With clear explanations and practical examples, this book empowers readers to take control of their finances and achieve their financial aspirations.
In de economie als vakgebied en wetenschappelijke discipline groeit de laatste jaren de aandacht voor de gedragseconomie. De gedragseconomie onderzoekt de consequenties voor economie en beleid van het feit dat mensen graag de meest rationele keuze willen maken, maar daar vaak slechts in beperkte mate in slagen.
Met dit boek presenteert Floris Heukelom op voortreffelijke wijze hoe deze nieuwe vorm van economische wetenschapsbeoefening bijdraagt aan tal van praktische inzichten.
Het boek Participeren in projecten is gebaseerd op de inhoud van de I-Tracks module Project Participation Foundation (PPF). Deze module komt zowel voor in de Academy Track als in de Shorttrack Projectmanagement.
De module die is bedoeld voor personen die deelnemen aan projecten en meer kennis willen opdoen over projectmatig werken. Deze module is verder te gebruiken als opstap naar vervolgopleidingen zoals PRINCE2 Foundation en Practitioner en de module IT Project Management Advanced (ITPMA). De doelgroep van deze opleidingen zijn personen die nu of in de toekomst als projectleider in (ICT-) projecten willen gaan participeren.
Bij het boek is een docentenhandleiding verkrijgbaar (als pdf via deze website beschikbaar).
Oratie UvA Economie van donderdag 12 juni 2008, 14:30 uur
Veel onderzoekers vinden dat het opleidingsniveau van ouders, en met name van moeders, bepalend is voor het schoolsucces van kinderen. Maar gaat het hierbij om een correlatie of om een aangetoond causaal verband? Is het opleidingssucces van vaders en moeders daadwerkelijk verantwoordelijk voor het opleidingssucces van kinderen? Of zijn het de genen? Als slimme ouders slimme kinderen krijgen die het beter doen op school vanwege slimme genen, kan het zo zijn dat de hoogte van de ouderlijke opleiding geen enkel onafhankelijk effect heeft op de schoolprestaties van kinderen? Erik Plug geeft in zijn oratie een antwoord op deze vragen. Genen zijn voor meer dan de helft verantwoordelijk voor de gevonden opleidingsrelatie tussen ouder en kind. Dit betekent automatisch dat omgevingsfactoren voor minder dan de helft verantwoordelijk zijn. Ouders zijn dus wel degelijk in staat om een gezinsomgeving te creëren waardoor kinderen het beter gaan doen op school. De invloed van de ouderlijke opleiding op deze gezinsomgeving blijkt echter vrij gering.
Dhr. prof. dr. E.J.S. Plug is hoogleraar Intergenerational and Family Economics aan de Universiteit van Amsterdam
Dit boek is geschreven om managers en ondernemers een overzicht te verschaffen van en hulp te bieden bij alle plannen die ze in hun carrière zullen tegenkomen: businessplannen,strategieplannen, marketingplannen, innovatieplannen, veranderplannen en beleidsplannen.
In de praktijk wordt meerdere keren per jaar om verschillende plannen gevraagd en dit boek geeft niet alleen een overzicht van wat er inhoudelijk van deze plannen verwacht mag worden maar ook handgrepen en `best practices om dit zo compleet en gestructureerd mogelijk in te vullen.
In aanvulling op dit boek is bij Van Haren Publishing ook het boek `99 BUSINESSmodellen beschikbaar, dat meer verdieping en een overzicht geeft van de meest relevante modellen voor gebruik in dergelijke plannen. Beide boeken zijn niet alleen geschikt voor managers en ondernemers maar ook zeker voor studenten in het hoger onderwijs, en iedereen die een bedrijfskundige of management-studie of cursus volgt en voor allen die zich voorbereiden
op het bedrijfsleven of een eigen onderneming.
Tom Willem den Hoed heeft jarenlange ervaring in het bedrijfsleven, als ondernemer en consultant en als kerndocent in het hoger en universitair onderwijs. Deze ervaring geeft zijn boeken een unieke en praktijkgerichte verdieping in aanvulling op de uitgebreide overzichten van hedendaags relevante modellen en plannen.
De crisis kwam blijkbaar als een donderslag. Hoe konden de banken zichzelf opblazen onder toezicht van de financiële autoriteiten? Zijn de nieuwe kaders voor de banken wel toereikend? Hoe is het mogelijk dat de regering van Nederland op achterstand bezuinigt, terwijl de fiscus voor miljarden in het buitenland belegt? Hoe is de fnuikende overheidsbemoeienis terug te dringen? Daarover gaat het in de Kleine Handleiding tot financieel-economisch herstel . Maar ook over de rechtstaat in dit kader en over de onmacht en fixaties van de politiek. Hoe zijn zinvolle voorstellen politiek te actualiseren?
Dit boek is bedoeld voor iedereen die geïnteresseerd is in de financieel-economische actualiteit en in de mogelijkheden voor een effectief herstelbeleid.
Bedrijfskunde en technische bedrijfsvoering - Oefeningen is het oefeningenboek bij de handboeken Technische bedrijfsvoering en Bedrijfskunde en ondernemen. In het handboek Technische bedrijfsvoering focussen auteurs Ludo Gelders en Dirk Cattrysse op de belangrijkste componenten van operations management. Dat werk sluit aan bij hun eerder verschenen handboek Bedrijfskunde en ondernemen waarin een aantal basisbegrippen van ondernemerschap en bedrijfskunde belicht worden.