Michel van Egmond en Martijn Krabbendam volgen Feyenoord al tientallen jaren op de voet.
In Lourdes aan de Maas doen ze op indringende wijze verslag van het wel en wee in De Kuip en proberen ze antwoord te vinden op de vraag wat Feyenoord nu precies Feyenoord maakt.
Waarom is Feyenoord de meest emotionele club van Nederland?
Wat is Feyenoord eigenlijk precies?
En hoe komt het dat de club zo ontzettend veel betekent, voor zo ontzettend veel mensen?
In Lourdes aan de Maas bieden Van Egmond en Krabbendam een blik achter de schermen bij het Feyenoord van nu, maar brengen tegelijkertijd een ode aan het rijke verleden van de club. Tussendoor schetsen ze een biografisch portret van oer-Feyenoorder Fred Blankemeijer, decennialang het geweten van de club.
Samen zijn ze 150 jaar. Een mooi moment voor de grootste nabeschouwing van allemaal: die op hun eigen leven. Mart Smeets en Kees Jansma - twee iconen van de Nederlandse sportjournalistiek op televisie - schrijven elkaar daartoe brieven. Brieven over zichzelf, elkaar, over ouder worden, over de glorie van de sport, de gekte van de media en de kracht van muziek, over verleden en toekomst, over vriendschap, voetbal, wielrennen, basketbal, televisie en alles wat ze verder bezig houdt.
Begin 2017 laat Lieuwe Westra weten per direct te stoppen met wielrennen. De oorzaak: een zware depressie. Er zit een beest in zijn hoofd waar hij geen grip op krijgt.
Westra hoort in de jeugd bij de top van zijn generatie tot hij terechtkomt in een wereld vol drank en drugs. Na zeven jaar afwezigheid stapt hij weer op de fiets, traint maniakaal en breekt in 2009 definitief door. Zijn tweede wielerleven verloopt succesvol, tot de depressie zijn leven gaat beheersen.
Geen trainer maakt zoveel gevoelens los als Louis van Gaal. Van Gaal (1951) stelt zich kwetsbaar op en is ook kwetsbaar. Hij gedraagt zich groots, meeslepend soms. De ene keer doet hij irritant, maar hij is ookaardig, lief, gevoelig, sociaal en bewogen. In Van Gaal komen talloze eigenschappen bij elkaar. De een houdt van hem, de ander kan hem niet luchten. Maar hoe je hem ook bekijkt en wat je ook van hem vindt, hij is wel onze Louis van Gaal, die na het WK in Qatar definitief afzwaait als trainer. We zullen hem hoe dan ook missen met
zijn allen, al is het maar omdat hij kleurrijk is als weinig anderen. Wie geeft je een kus op het voorhoofd, tijdens een kampioensreceptie? Wie omhelst je spontaan of grijpt je iets te hard bij de keel, letterlijk, om iets uit te leggen? Wie is zo uitbundig en uitgesproken als Louis van Gaal, zo dol op zichzelf soms, zo consequent en
duidelijk? Vrijwel niemand.
Voor Willem Vissers (1964), voetbalverslaggever van de Volkskrant, is hij vermoedelijk de meest beschreven man in ruim dertig jaar voetbaljournalistiek. In 'Leven met Louis' neemt Vissers de lezer mee naar zijn ontmoetingen met Van Gaal. Een deel van het boek bestaat uit eerder in de Volkskrant gepubliceerde interviews, reportages en columns die een beeld schetsen over leven en werken. In andere, nieuwe stukken beschrijft hij anekdotes rond die interviews, of bij andere gelegenheden. Zo ontstaat tevens een vrij compleet beeld over Van Gaal en diens loopbaan, want Vissers was op veel plekken waar de trainer was, van Rio de
Janeiro tot München, van Jakarta tot Zeist, van Alkmaar tot Barcelona.
Als vaste columnist van weekblad Voetbal International houdt Nico Dijkshoorn zich het liefst langs de zijlijn op. Vanaf die plek beschouwt, beluistert en interpreteert hij met een scherpe blik de soms op hol geslagen voetbalwereld en schrijft er dan op volstrekt unieke wijze over.
Zijn stukken gaan nooit over tactiek of looplijnen, laat staan over gegenpressing en het belang van periodisering. Wel over de huilbuien van Dick Advocaat, de manier waarop Wout Weghorst het Wilhelmus meezingt en over wat hij zou willen doen met de leeuw die Memphis Depay op zijn rug heeft getatoeëerd. (een snorretje op tekenen)
In De zonen van Bruce Lee reist Alex Boogers met zijn zeventienjarige zoon langs de Westkust van de Verenigde Staten, op zoek naar sporen van Bruce Lee. Het tweetal treft er ontroerende kruimels aan van de straatvechter die een wereldberoemd vechtkunstenaar werd; de vechtkunstenaar die een entertainer werd; de acteur die een compleet nieuw actiegenre schiep, de kungfu-God die wereldwijd miljoenen fans en bewonderaars kreeg, omdat ze wilden leren vechten en leven zoals hij.
Alex Boogers: 'Zonder dat ik het zelf wist heb ik Bruce Lee in mijn jeugd geadopteerd als geestelijk vader, als iemand die mij de weg zou wijzen. Ik wist dat hij er altijd zou zijn, ook als er een stevige mist neerdaalde en ik soms niet meer wist waar ik naartoe moest. Hij zou er zijn. Hij wel.'
Als opgroeiende puber in een onveilige omgeving klampte Boogers zich vast aan de inzichten van Lee. Inzichten die hij nu op zijn beurt doorgeeft, in een indrukwekkend lange brief aan zijn zoon.
Mijn naam is Hans Nijland. 23 jaar heb ik overleefd in de voetbaljungle. Ik ben niet hoogbegaafd en heb geen universitaire graad. Met op zak alleen een mavo-diploma werkte ik me op van preikweker tot ondernemer. Op mijn 35e was ik financieel onafhankelijk en blufte ik me de eredivisie binnen. Ik kon niet goed voetballen en had geen flauw idee hoe ik Luis Suárez of Virgil van Dijk zou moeten kopen. Bij mijn eerste transfer was ik in de veronderstelling dat de speler met de eis van een 'full loaded' auto, een auto met een volle tank benzine bedoelde. Men vond mij een rare snuiter met de gladde praatjes van een stofzuigerverkoper. Heel lang zou ik het niet volhouden. Als opportunist met een grote bek werd ik bij FC Groningen uiteindelijk de langst zittende clubdirecteur van Nederland. Tussen 1996 en 2019 zag ik de voetbalindustrie met eigen ogen exploderen. Voetballers werden handelswaar. We belandden van de ene miljoenendeal in de andere. Arjen Robben, Luis Suárez, Dusan Tadic, Virgil van Dijk. Maar er zaten ook een paar ongekende missers tussen. In dit boek neem ik u mee naar de onderhandelingstafels. Mijn tijd in de eredivisie heb ik beleefd als een schelmenroman. Dit is het verslag van mijn belevenissen achter de schermen van de grootste entertainmentindustrie.
Het is precies vijfentwintig jaar geleden dat Hugo Borst het klassieke boek over Feyenoord schreef.
In De Coolsingel bleef Leeg bericht hij op onnavolgbare wijze over het turbulente seizoen 1995/96, toen hij in de boezem van de club verkeerde en zag hoe Willem van Hanegem en Jorien van den Herik de opstandige spelersgroep in toom probeerden te houden.
Ook een kwart eeuw later is dit baanbrekende werk nog net zo actueel als toen, en veel meer dan een sportboek alleen. Het is niet alleen een ontnuchterende schets van de gang van zaken achter de schermen van een volksclub, maar ook een portret van de rijke geschiedenis van Feyenoord en bovenal een prachtige ode aan Rotterdam en de Rotterdammers.
De Rabobank wielerploeg is een van de meest succesvolle sportploegen uit de Nederlandse sportgeschiedenis. 'Rabo' won grote rondes als de Giro D'Italia, Vuelta en bijna de Tour de France. In de onthullende en diepgravende biografie 'De Raboploeg' duikt Maarten Kolsloot in de geschiedenis van het veelbesproken team. Aan de hand van interviews met 200 betrokkenen en duizenden nieuwe documenten wordt een veelomvattend en in diverse opzichten nieuw beeld geschetst van de ploeg die tussen 1996 en 2012 successen boekte.
Nieuw archiefmateriaal laat een intiem beeld zien van de eerste dagen van het team in september 1995. Uit persoonlijke fax- en e-mailberichten van Jan Raas en zijn medewerkers ontstaat het beeld van een gepassioneerd stel mensen dat hun wielerploeg wilde redden. En een gehaaide bank die een hyper ambitieus plan opstelde om de sport uit het slop te trekken. Ten koste van veel. De afgeketste transfer van Lance Armstrong naar Rabo en diverse andere transfers komen aan bod. Soms voor het eerst in het openbaar. Ook slaagt 'De Raboploeg' erin omdat het gordijntje open te trekken voor het grootste publieke geheim uit de wielersport: waarom verdween Jan Raas nu écht uit beeld? Dit boek geeft antwoorden.
We horen van vergeten renners en gebroken dromen, maar ook van bekende coureurs als Michael Boogerd en Michael Rasmussen. Die laaste, de magere Deense bijna-Tourwinnaar, is misschien wel de man die de hoogste prijs betaalde voor gewenste wielerroem. En passant wordt door middel van nog nooit ingeziene financiële stukken een beeld geschetst van de boerenleenbank Rabobank die weliswaar heel veel gaf aan de sport, maar altijd met een de vinger van een Hollandse koopman op de knip. Een boek dat boeit van kaft tot kaft.
Al meer dan tien jaar lang kijken bestsellerauteur Michel van Egmond en sterinterviewer Antoinnette Scheulderman van zeer nabij en in grote verbazing naar Johan Derksen.
Samen schetsen ze een indringend portret van een man die bekend werd door zijn controversiële uitspraken op televisie, maar die buiten het zicht van de camera's ook heel veel andere kanten heeft. Of, zoals hij in dit spraakmakende boek zelf zegt: 'Ik heb alleen op tv een grote bek.'
Alles komt aan bod in dit boek. Zijn successen als journalist en televisiester, maar ook zijn tragische jeugd en zijn misdragingen als voetballer. Zijn lange vriendschappen met Johan Cruijff en Harry Muskee en zijn diepe liefde voor de blues, maar ook de vechtpartij met Van Morrison en zijn constante neiging tot choqueren. Hij staat uitgebreid stil bij de tragische dood van zijn eerste vrouw en bij zijn eigen val van de trap, maar ook bij het krankzinnige eetpatroon dat hij erop nahoudt en natuurlijk bij de rel rond zijn Akwasi-grap en de verstrekkende gevolgen daarvan.
Michel van Egmond nam de reportages in dit boek voor zijn rekening. Hij bezocht met Derksen de plekken van diens jeugd, bracht uren door in het doorrookte en met cd's volgestouwde tuinhuis van de hoofdpersoon en stond er met zijn neus bovenop toen achter de schermen van Veronica Inside een ruzie ontstond die bijna het einde van het programma betekende.
Antoinnette Scheulderman interviewde Derksen een jaar lang met grote regelmaat en deed dat op de voor haar zo kenmerkende wijze: vasthoudend, persoonlijk, prikkelend, vol mededogen maar ook streng als het moet, en altijd met een goed ontwikkeld oor voor het sprekende detail.
Het eindresultaat is een unieke biografische schets van een van de meest besproken mensen in Nederland.
In zijn eerste boek Geen genade schetste Andy van der Meijde in 2012 een stoer én onthutsend beeld van zijn leven als profvoetballer, met seksuele escapades, drugsgebruik en een gecrashte loopbaan als smeuïge ingrediënten. Tien jaar later is er een opvolger, dit keer met een optimistischer ondertoon. Andy! gaat over het nieuwe leven van de ex-topvoetballer, die door zijn hoge gunfactor is uitgegroeid tot een heus A-merk én een succesvol media-ondernemer. Zelf ontworpen (online-)programma's als Bij Andy in de Auto en Andy's cribs bieden vederlicht entertainment, maar genieten een mateloze populariteit bij honderdduizenden volgers. Voor Andy! duikt Van der Meijde met schrijver Eddy van der Ley in de ontstaansgeschiedenis van de 'nieuwe Andy' en gaat hij in gesprek met mensen die een belangrijke rol vertolken in zijn leven, zoals Sjaak Swart, Mitchell Dijks, moeder Agnes, echtgenote Melisa, vriend Tonny en manager Danny. Andy! gaat ook over zijn spirituele kant, over de moeizame band met de dochters uit zijn eerste huwelijk en over zijn autistische trekjes, onder meer resulterend in even hilarische als mislukte avonturen als zanger en kickbokser. Het maakt Andy! tot een onvervalst feel good-boek in sombere corona-tijden, tot een uniek document met veel humor en interactie, nooit eerder vertelde anekdotes en een heuse waarschuwing. 'Want ik mag dan een soort van zakenman zijn geworden, als mensen me proberen te fucken, komt de straatvechter in me naar boven.
Op zijn 35e is Danny Buijs al hoofdtrainer in de eredivisie. Het verhaal van de volksjongen neemt de lezer mee door een wereld vol emotie, passie en hartstocht. Als zijn geliefde opa komt te overlijden neemt de jonge Buijs een verantwoordelijkheid tot zich dat vergaande consequenties met zich meebrengt. De drang om het vv Alblasserdam van opa te dienen, gaat vervolgens ver.
Al vroeg komt hij in de jeugd van Feyenoord te spelen en zet hij in tien jaar tijd onnoemelijk veel voetstappen op trainingscomplex Varkenoord. Dit met telkens een blik op de Kuip, het stadion van "zijn" Feyenoord. Als diezelfde club beginjaren negentig kampioen van Nederland wordt, staat Buijs op de Coolsingel naar zijn helden te kijken. Daarna heeft hij nog maar één droom. Ooit zelf op het bordes te staan.
Via Excelsior en FC Groningen komt Buijs uiteindelijk toch in Feyenoord 1 te spelen. Het is een periode waarin het de club allesbehalve voor de wind gaat. Buijs heeft moeite met zijn status als Feyenoorder. De volksjongen is meer supporter dan prof en speelt ook als zodanig. Hij doet zichzelf en zijn omgeving ernstig tekort.
Al vroeg komt het trainersvak in zijn hoofd te zitten. Zonder de benodigde papieren komt Buijs aan het roer te staan van Kozakken Boys, die hij naar diverse kampioenschappen leidt. Zijn overstap van de amateurs naar een gerenommeerde eredivisieclub als FC Groningen, lijkt al snel veel te groot en hij beleeft er een uiterst zwaar en moeilijk eerste seizoen. Maar Buijs bijt zich erin vast en krijgt bij een club dat seizoen na seizoen zijn beste spelers verkoopt, zijn teams steevast aan de praat. Dit doet hij op zijn eigen bevlogen manier waar veel meer achter schuilt dan die schreeuwende trainer aan de zijlijn.
Dit is het verhaal over de ontwikkeling van een emotionele volksjongen, die als trainer erin slaagt om van zijn zwaktes zijn kracht te maken. Iemand die eerlijk en oprecht probeert te zijn in een voetbalwereld waar beeldvorming maar al te vaak de maat is.
Luc Nilis was een sieraad van een voetballer, maar bleef als mens altijd een mysterie.
Succesvol bij Anderlecht en geliefd icoon van psv, maar ondanks 56 interlands voor de Rode Duivels toch onbegrepen in eigen land.
In september 2000 kwam het breekpunt in zijn carrière: een noodlottig ongeval met schrijnende gevolgen. Leven werd plotseling overleven, ver weg van de spotlights. Nu, na bijna zestien jaar, stopt Luc Nilis met zwijgen over die periode. Het is tijd voor de waarheid.
André van Kats volgt een jaar lang de club Feyenoord door de ogen van ex-speler, tv-analist en volbloedsupporter Jan Boskamp. Hij schetst niet alleen een beeld van de gebeurtenissen op het veld en de hunkering van het legioen naar de titel, maar levert bovenal een humorvol portret van de cultfiguur Jan Boskamp. Hij gaat met hem op reis, praat openhartig over diens privéleven en bezoekt tal van mensen die een bijzondere inkijk geven in het leven van het Rotterdams schoffie dat altijd zichzelf is gebleven.
Thomas Dekker (1984) heeft genoeg van de leugens. Zijn echte verhaal is nog nooit verteld. De waarheid met al zijn slechte lelijke kanten moet maar eens naar buiten. De schaamte heeft het altijd gewonnen van de last die de kroonprins van het Nederlandse wielrennen met zich heeft meegedragen. Maar nu is er niets meer te verliezen.
Foppe de Haan wordt gedreven door maar één ding: anderen vooruit helpen. De van nature bescheiden voetbaltrainer bracht zo o.a. sc Heerenveen tot in de Champions League en Jong-Oranje naar de Europese titel in 2006 en 2007. Menno Haanstra sprak naast Foppe de Haan onder meer Van Nistelrooij, Drenthe, Verbeek, Tomasson en Daniël de Ridder en kwam zo tot een openhartig en eerlijk verhaal over een Fries die als voetbaltrainer zijn tijd verder vooruit was dan velen denken.
Hoe communiceren stervoetballers als Ronaldo, Zlatan en Suárez in het vuur van de strijd met de scheidsrechter? Wat gebeurt er allemaal rondom nationale en internationale topwedstrijden? Scheidsrechter Bas Nijhuis geeft een unieke blik in de wereld van de arbitrage, verpakt in informatieve en vaak hilarische anekdotes. Zijn opvallende stijl van arbitreren, de snoeiharde kritiek, zijn buitenlandse avonturen: de flamboyante Nijhuis vertelt erover met respect, humor en zelfspot.
Hij was nooit een allemansvriend, maar is nog altijd razend populair. Dit boek vertelt Willems verhaal van een halve eeuw topvoetbal. Uit zijn mond, vanuit zijn visie. Feilloos ontmantelt hij aannames en halve waarheden. Steeds opnieuw legt hij de vinger op de zere plek. Even kritisch als betrokken. En uit liefde voor het spel, dat hem zoveel heeft gegeven. Willem van Hanegem was niet alleen uniek als voetballer, ook nu zijn visie even bijzonder als verrassend.
Nederlandse wielrenners dit jaar zijn dominanter dan ze jaren geweest zijn. Mathieu van der Poel wint alle superprestige crossen én het Wereldkampioenschap, de mannen en vrouwen op de baan domineren het WK met maar liefst zes titels en ook op de weg zijn Wout Poels, Tom Dumoulin, Steven Kruijswijk en Niki Terpstra coureurs die om de prijzen rijden. Om van de hegemonie van Anna van der Breggen, Chantal Blaak en Annemiek van Vleuten nog maar te zwijgen. Gouden tijden voor de wielerjournalistiek, kortom. Thijs Zonneveld is bevoorrecht om hen van dichtbij te zien presteren en te vertellen over de ongekende klasse van de huidige wielergeneratie.
In Jongensdromen, het gouden seizoen van Ajax volgt verslaggever Willem Vissers van de Volkskrant de opkomst van het nieuwe Ajax op de voet. In het boek zijn de belangrijkste wedstrijdverslagen, reportages, interviews en columns chronologisch afgedrukt, waardoor een compleet beeld ontstaat van het verloop van het seizoen, het opportunisme en de euforie.
Gertjan Verbeek (Deventer, 1962) is misschien wel de meest uitgesproken voetbaltrainer en -analist van Nederland. De ex-bokser en -profvoetballer vierde successen bij Heerenveen, Heracles Almelo en AZ, stelde teleur bij Feyenoord en FC Twente, beleefde avonturen in Duitsland en Australië, maar verloochende nooit zijn stevige persoonlijkheid en (voetbal)filosofie. Workaholic Verbeek, veeleisend voor zichzelf en anderen, is een man van extremen: hij zegt wat hij denkt, kan nors en betweterig uit de hoek komen, maar heeft ook een sociale kant die weinigen kennen. Voor 'Recht voor de raap' maakt hij met schrijver Eddy van der Ley een rondgang langs mensen die hem door en door kennen, zoals Johan Derksen, Toon Gerbrands, Foppe de Haan, Orlando Smeekes en Riemer van der Velde. Het levert een verrassend portret op van een veelzijdige selfmade man, die als tiener bijna de verkeerde afslag in het leven nam.
Michael van Praag (1947) is de belangrijkste voetbalbestuurder van Nederland in de laatste dertig jaar. Hij was veertien jaar voorzitter van Ajax en elf jaar preses van de KNVB. In het voorjaar van 2021 nam hij afscheid als bestuurslid van de UEFA.
Als kind van de Joodse onderduiker Jaap van Praag beleefde hij een bewogen jeugd die leidde tot zwijgzaamheid thuis over de verschrikkingen van de oorlog. Vader Jaap verloor zijn ouders en zusje in de gaskamers. De relatie met Jaap van Praag, die in een vechtscheiding belandde met zijn moeder Hendrika - roepnaam Joep - , was moeizaam.
Tussen vader en zoon ontstonden ook opvallende parallellen. Ze waren bijvoorbeeld allebei voorzitter van Ajax. Michael van Praag, zakelijk geslaagd door een aantal winkels met elektronica op Schiphol en andere vliegvelden, beleefde bij Ajax de grote successen met Louis van Gaal als trainer. Tijdens een strandwandeling in Turkije behield hij de ambitieuze Van Gaal in 1991 zelfs voor Ajax, want de trainer kon als assistent weinig geduld opbrengen om te wachten op zijn kans.
Van Praag is charmant en gastvrij. Hij heeft de naam soms wat naïef te zijn, al wist hij menig deur te openen door zijn grote wens om te verbinden. Hij stond in 2014 als enige bestuurder op tegen Sepp Blatter, omdat hij vond dat de voorzitter van de FIFA zich niet meer herkiesbaar mocht stellen. Toen dat toch gebeurde, stelde hij zich zelf kandidaat. Uiteindelijk trok hij zich terug. Later legde hij het na het gedwongen vertrek van Michel Platini af tegen Aleksander Ceferin, bij de verkiezingen voor het voorzitterschap van de UEFA.
In de biografie 'Van Praag' beschrijft Willem Vissers het soms turbulente leven van een echte bestuurder, 'een van de laatste der Mohikanen', zoals hij ergens wordt genoemd, daterend uit een tijd dat voorzitters nog onbezoldigde boegbeelden van clubs waren. Een boek met talloze herinneringen aan Ajax en de KNVB, alsmede berichten en verwikkelingen vanuit de FIFA en UEFA.
Het zou een jaar worden om nooit te vergeten. De wielerfans keken reikhalzend uit naar hét duel van het nieuwe jaar. Zou Jumbo-Visma het dominante Ineos in de grote ronden kunnen verslaan? En was het tot een Nederlandse zege in de Tour in staat? Het leek zo mooi, maar alles liep anders.
Koersen werden geannuleerd. Een deel van het wielerpeloton kwam in maart vast te zitten in hotelkamers in het midden-oosten. Andere coureurs zaten thuis en moesten zich met soloritten voorbereiden op een ongewisse toekomst en voor sommigen was de tacx op zolder de enige uitkomst.
Met een vertraging van een klein half jaar begon het seizoen aan het einde van de zomer opnieuw: in honderd dagen werd een duivels programma van drie grote rondes, klassiekers, monumenten en kampioenschappen afgewerkt. Resultaat? Het leek wel alsof het ALTIJD KOERS was. Waar je ook keek, er reed altijd wel een peloton wielrenners.
Thijs Zonneveld kon zijn geluk niet op en volgde gewapend microfoon en aantekenblok, maar soms ook met joggingbroek en een extra scherm de koers op de voet. De prestaties van onder anderen hoofdrolspelers Mathieu van der Poel, Wout van Aert, Wilco Kelderman (wie?), Alejandro Valverde, Primoz Roglic en Anna van der Breggen staan opgetekend in verhalen vol bewondering, verbazing, ontzag, maar ook kritiek, humor en een onaantastbare liefde voor de wielersport. Het werd een wielerjaar om nooit te vergeten.
Wat is het nut van een brein vol zinloze voetbalweetjes? Alleen de echte freaks weten het antwoord op de ze vraag: er is niets leuker dan al die kennis te testen in een goede quiz.
Wekelijks toetsen insiders hun kennis over voetbal in het populaire RTL7-programma Matchwinner.
Nu is er ook het bijbehorende boek.
Samensteller Hans-Jrgen Nicolaï - de autoriteit in Nederland op het gebied van de betere voetbalquiz - selecteerde speciaal voor deze uitgave zijn duizend beste vragen.
Ze variëren van makkelijk tot moeilijk, ze gaan over binnen- en buitenland, over spelers, scheidsrechters en stadions en over alles wat er verder nog op en rond het voetbalveld gebeurt.
Als extra heeft hij alle landen die wèl aan het EK 2016 deelnemen voorzien van vijf vragen, zodat iedereen in Nederland zich toch nog een beetje kan vermaken tijdens een oranjeloos EK.