Een roadtrip in oorlogstijd
Wanneer het Duitse leger in mei 1940 België binnenvalt, krijgen zo'n 300.000 jonge mannen het bevel om het land te verlaten. Zonder te weten
waar naartoe en voor hoe lang. De Belgische overheid wil hen als reservesoldaten uit handen van de vijand houden.
Te voet, op de fiets of met de trein belanden de jongens in Noord-Frankrijk, opgejaagd door het oprukkende Duitse leger. De meesten zijn nog nooit zo ver van huis geweest. Ze leren er al snel wat oorlog betekent: bombardementen, doodsangst, eindeloze vluchtelingenstromen...
Volwassen worden in drie maanden tijd
Ongeveer de helft van de jongens wordt vroegtijdig ingehaald door de vijand en komt niet verder dan de Somme. De anderen worden in treinen gezet naar het zuiden van Frankrijk. Daar ontdekken ze de geneugten van 'La douce France': wijn, Franse schoonheden en de heerlijke zomerzon. Maar er is een schaduwzijde, ze krijgen ook af te rekenen met verveling, honger, ziekte en heimwee. Soldaten worden ze nooit.
Gefascineerd door de roadtrip van de Belgische rekruten doen drie historici 75 jaar later de reis over. Aan de hand van getuigenissen, dagboeken en andere historische documenten brengen ze dit vergeten oorlogsavontuur van een generatie weer tot leven.
Tussen juni 1944 en maart 1945 lanceerde Duitsland duizenden Vergeltungswaffen op Engeland, Frankrijk en België, als wraak voor de geallieerde bombardementen op Duitse steden. De V-bommenterreur kostte het leven aan ongeveer 9000 Belgen. Minder bekend is dat ook bij de productie van deze wapens in het ondergrondse concentratiekamp Dora honderden Belgische dwangarbeiders het leven lieten.
Dit boek brengt het verhaal over leven met constante angst. Zowel vergeten drama's als bekende inslagen komen aan bod, zoals die op de Antwerpse Cinema Rex, waarbij 567 filmtoeschouwers omkwamen.
Historicus Pieter Serrien verweeft tientallen getuigenissen tot een beklijvend verhaal, waarbij hij stem geeft aan de slachtoffers, maar ook de geallieerde militairen die de V1's wilden neerhalen, de reddingswerkers, de gevangenen in Dora en de Duitse daders. Deze verrijkende geschiedenis toont hoe oorlog altijd leidt tot een vicieuze cirkel van wraak, geweld en de dood van duizenden.
Op 11 november 1918, om iets na vijf uur 's ochtends, besloten de strijdende legers dat de wapens exact om 11 uur zouden zwijgen. Ondanks dat besluit ging op vele fronten - ook in België - de strijd onverminderd door. Die laatste oorlogsochtend vielen nog meer dan 2.700 dodelijke slachtoffers, meer dan het daggemiddelde tijdens de oorlog. Pieter Serrien vertelt de tragische laatste dag van de Eerste Wereldoorlog. Deze geschiedenis ontplooit zich als een politieke thriller van formaat, met dramatische persoonlijke verhalen over oorlogsgeweld tot de laatste seconde voor de wapenstilstand.
Als 19-jarige sloot Louis Boeckmans uit Tessenderlo zich aan bij het verzet. Nadat hij werd verklikt, werd Louis zwaar gefolterd in het SS-kamp van Breendonk. Dat bleek slechts de prelude van de onmenselijke omstandigheden die hij moest doormaken in de concentratiekampen van Buchenwald en Dora. Desondanks overleefde Louis de Tweede Wereldoorlog. Van de duizenden mannen en vrouwen die via Breendonk in een concentratiekamp zijn beland, is hij de enige die nog kan getuigen. Historicus Pieter Serrien tekende dit onvoorstelbare oorlogsverhaal op en geeft historische duiding.
De joodse Eva Fastag was 25 jaar toen ze in juli 1942 bij de eerste jodenrazzia in Antwerpen werd opgepakt. In het verzamelkamp Dossinkazerne in Mechelen dwongen de Duitsers haar om de lijsten op te stellen voor de deportatie van joden naar Auschwitz. Van de meer dan 25.000 mannen, vrouwen en kinderen stierven de meesten er meteen in de gaskamers. Waar ze kon pleegde Eva verzet, maar ze kon niet vermijden dat ook haar familie werd vermoord. Pieter Serrien reisde naar Israël om er de unieke getuigenis van deze 102-jarige op te tekenen en geeft historische duiding bij haar oorlogsverhaal.
In de Lage Landen van de zestiende eeuw kwam een bonte groep rebellen in opstand. Ze noemden zich geuzen en streden tegen de katholieke onderdrukking, het bewind van de Spaanse vorst Filips II en zijn behoudsgezinde regering in Brussel.
Wat volgde, was een jarenlange spiraal van geweld met beeldenstormen, zeeroverij en bloedbaden. Die geuzenopstand mondde uit in religieuze polarisatie, een brutale burgeroorlog en een woelige strijd tegen het machtige Spanje. De daaropvolgende breuk tussen Noord en Zuid bepaalde de verdere geschiedenis van de Lage Landen.