De moord op de Oostenrijks-Hongaarse troonopvolger in Sarajevo leidde tot de Eerste Wereldoorlog. De hele bestaande Europese orde werd ontwricht, zowel in politiek, economisch als cultureel opzicht. Duitsland leek de grote verliezer te zijn, maar al spoedig werd duidelijk dat de Duitse strategische positie eerder versterkt dan verzwakt was. Nadat de nazi's aan de macht waren gekomen besloot Hitler de sterke positie van de Duitsers te gebruiken om de Eerste Wereldoorlog nog eens over te doen. Duitsland faalde opnieuw, maar daarvoor was wel de militaire kracht van de Sovjet-Unie en de Verenigde Staten nodig.
Na de Duitse nederlaag ontstond een zowel strategisch als ideologisch gefundeerd conflict tussen de beide overwinnaars, dat de wereldpolitiek ruim veertig jaar volledig zou domineren: de Koude Oorlog. Het enorme drama dat op 28 juni 1914 begon, eindigde pas op 25 december 1991 toen in de loop van de avond de vlag van de Sovjet-Unie boven het Kremlin werd gestreken.
De stukken over de Eerste en Tweede Wereldoorlog zijn eerder verschenen. Met de even heldere analyse van de Koude Oorlog voltooit Maarten van Rossem zijn korte geschiedenis van de 20e eeuw.
Speciale jubileum editie! Maarten van Rossem kan zich nog altijd verbazen over de twintigste eeuw. Over de reusachtige technologische ontwikkelingen, de spectaculaire welvaartsgroei, de zinloze nucleaire wapenwedloop ten tijde van de Koude Oorlog, de disfunctionele Amerikaanse politieke cultuur, en over het wildwestkapitalisme en de aanhoudende populariteit van het populisme tot in het begin van deze eeuw. Het beste van Van Rossem is een selectie uit de artikelen en boeken die hij in de afgelopen jaren schreef. Een glashelder en compleet beeld van die opzienbarende vorige eeuw.
Tussen begin september 1944 en juni 1945 schreef grootvader Arnold van Rossem met enige regelmaat lange brieven aan zijn beide zusters om ze te informeren over het wel en wee van de familie. Hij schreef over de voortdurende angst honger te moeten lijden, over het brandstofgebrek en de onzekerheid over het lot van familieleden van wie lang niets was vernomen. Tegelijkertijd geeft de immer wat zure en kritische opa met zijn brieven een openhartige inkijk in de kleine ellende van het gezinsleven. De familie staat die laatste acht grimmige oorlogsmaanden onder druk van de wereldgeschiedenis, zonder daar zelf ook maar iets aan te kunnen doen. De dramatisch mislukte Operatie Market Garden en de daardoor veroorzaakte Hongerwinter vormen het raamwerk voor deze indringende familiegeschiedenis.
'Maarten van Rossem heeft over alles een mening en vertelt desondanks nooit onzin. Sterker nog: zijn kritische geest en panoramische belezenheid maken hem een betrouwbare gids in lastige kwesties. Dat heeft hij van geen vreemde, want in dit boek vertelt hij op zijn eigen onnavolgbare wijze over de oorlogservaringen van zijn eigenzinnige grootvader Arnold.'
Willem Melching, historicus en auteur van o.a. Hitler en Waarom Duitsland?
Is het wel zo beroerd gesteld met Nederland als veel intellectuelen en opinieleiders beweren? Maarten van Rossem demonstreert nuchter en realistisch dat al die somberheid niet terecht is. In het essay Typisch Nederland, waarin de culturele en historische eigenaardigheden van ons vaderland aan de orde komen, laat hij overtuigend zien dat Nederland in vergelijkend perspectief misschien niet het beste land ter wereld is, maar wel met de beste landen mee kan komen.
In de columns die hij de afgelopen twee jaar over Nederland schreef, houdt hij kritisch afstand van de nationale depressie die de media, het kabinet en de spraakmakende gemeente Nederland hebben aangepraat. Van de plotselinge aandacht voor onze historische identiteit, die ook voortkomt uit de nationale neerslachtigheid, moet Van Rossem niets hebben.
Teneinde ons kleine leed maximaal te relativeren schrijft hij in dit boek ook over aard en structuur van de wereldgeschiedenis, een onderwerp dat de laatste jaren steeds meer in de mode is geraakt. Daarmee contrasteert het opstel over zijn eigen leesgeschiedenis, die begint met Suizebol en Bijdepink en eindigt met de Bekentenissen van Zeno. Hij besluit met een beschouwing over de komende honderd jaar, waarin duidelijk wordt dat pessimisme even onzinnig is als optimisme.
De geschiedenis van de verschillende West-Europese landen na 1945 vertoont een in hoge mate identiek patroon: sterke welvaartsgroei tot halverwege de jaren zeventig en steeds meer economische samenwerking tussen die landen. Nadat de enorme groeispurt in de jaren zeventig was doodgelopen in inflatie en snel stijgende werkeloosheid, zochten politici en deskundigen naar een nieuw recept om verdergaande groei mogelijk te maken. Dat dachten zij gevonden te hebben in het neoliberalisme, maar dat veroorzaakte de kredietcrisis.
De economische problemen en de omvangrijke immigratie in West-Europa hebben tot een vertrouwenscrisis bij een deel van de Europese bevolking geleid. In dit essay laat Maarten van Rossem zien dat die vertrouwenscrisis alleen kan worden opgelost door een onvermijdelijke intensivering van de Europese samenwerking.
Wat waren de oorzaken van de neergang en implosie van het Romeinse Rijk? Dat vragen historici zich al eeuwen af. Achter die schijnbaar koele vraag schuilt een angstige vraag: zou het ons ook kunnen overkomen? Regelmatig duiken er beschouwingen op waarin de trage, relatieve aftakeling van de Amerikaanse mondiale dominantie wordt vergeleken met de ondergang van Rome. Het Romeinse Rijk domineerde eeuwenlang het grootste deel van de toen bekende wereld. De Romeinse militaire machine leek onoverwinnelijk. Bezweek het enorme rijk aan een disfunctioneel politiek systeem, of aan interne rot en decadentie? Of waren het de barbaren die het rijk van buiten penetreerden? Het is een vreemde en complexe geschiedenis, waarbij de fixatie op het einde van het westelijk deel van het rijk soms doet vergeten dat het oostelijk deel nog duizend jaar heeft bestaan.
Wat zijn de parallelen met het heden?
Opkomst en ondergang van het marktfundalisme De drie decennia na de Tweede Wereldoorlog worden wel de Gouden Jaren genoemd. Er was sprake van een aanhoudende, sterke economische groei en er werd gewerkt aan de opbouw van de moderne verzorgingsstaat. Met de Grote Crisis van de vorige eeuw in het collectieve geheugen, zorgden overheden voor stabiele groei en volledige werkgelegenheid. In de loop van de jaren zeventig stagneerde de groei, nam de inflatie toe en begon de werkloosheid op te lopen. Economen en beleidsmakers gingen op zoek naar een nieuw economisch instrumentarium. De overheid werd van oplossing tot probleem en diende terug te treden, teneinde de markt zijn zegenrijke werk te laten doen. Met Thatcher en Reagan triomfeerden deze nieuwe opvattingen. Na aanvankelijke successen ontspoorde het neoliberalisme in de tweede helft van de jaren negentig. De marktideologie kreeg fundamentalistische trekken en in de Amerikaanse kapitaalmarkt ontwikkelde zich een wildwestkapitalisme. Deze wildgroei leidde in 2008 tot een hartstilstand in de financiële sector: de kredietcrisis. Een derde, ingrijpende beleidstransformatie lijkt noodzakelijk.
Wat is geluk? Er zijn tijdschriften die geheel gericht zijn op geluksbeleving, er wordt omvangrijk wetenschappelijk onderzoek gedaan naar de samenstellende delen van geluk en het advertentiewezen lijkt geheel gewijd aan geluksverwerving. Desondanks schijnt niemand precies te weten wat geluk is. De receptuur is even gevarieerd als de mensheid zelf. Bovendien wordt gelukservaring vaak verward met tevredenheid, terwijl het volgens Van Rossem een sterke, maar tijdelijke emotie is. De omstandigheden kunnen geluksgevoelens bevorderen. In een welvarend land, waar geweld en willekeur uitzonderlijk zijn, is meer gelegenheid voor het ervaren van geluk dan in een land als Oeganda. Wat is geluk? is een persoonlijk getinte zoektocht, met Van Rossems reflectie op het leven.
Wat zijn de meest kardinale gebeurtenissen van de eerste twee decennia van de 21e eeuw? Ongetwijfeld de opkomst van China en de dominantie van het neoliberale discours, dat de kredietcrisis ten gevolge had. Het is evident dat de oorzaken van deze gebeurtenissen in de decennia voor het begin van de nieuwe eeuw gezocht moeten worden. Zo wordt de blik van de historicus onvermijdelijk naar de op het eerste gezicht nogal verwarrende jaren zeventig getrokken. Toen sneuvelde de brede naoorlogse consensus, triomfeerden de neoliberale inzichten en begon het hervormingsproces in China. En laten we niet vergeten dat het rapport Grenzen aan de groei van de Club van Rome in 1972 een begin maakte met de steeds urgenter wordende discussie over de negatieve effecten van de industrialisering.
Over Allemaal de schuld van Montgomery:
'Het mooie van dit boekje is (...) dat het én het grote verhaal van de oorlog verteld, én het specifieke verhaal van een familie die door Hongerwinter moest komen.' Onno Blom in Nieuwsweekend
'Heel lezenswaardig, juist door de combinatie van de kleine, alledaagse geschiedenis in opa's brieven uit de oorlog en het verhelderende relaas van zijn kleinzoon, met ook nog een opmerkelijke bijrol van Maarten als baby.' Philip Freriks, presentator
'Zijn kritische geest en panoramische belezenheid maken hem een betrouwbare gids in lastige kwesties. Dat heeft hij van geen vreemde, want in dit boek vertelt hij op zijn eigen, onnavolgbare wijze over de oorlogservaringen van zijn eigenzinnige grootvader Arnold.' Willem Melching, historicus en auteur van o.a. Hitler en Waarom Duitsland?
Een bekende historicus schreef eens dat er tussen de landbouwrevolutie van zon 12.000 jaar geleden en 1492 eigenlijk niets bijzonders is gebeurd. Zeker, wereldrijken ontstonden en verdwenen weer, maar het dagelijks leven van de modale landbouwer of die nu in China woonde of in het Romeinse Rijk, of in het Frankrijk van de late Middeleeuwen is in al die duizenden jaren niet wezenlijk veranderd. In het halve millennium sedert Columbus Amerika ontdekte, heeft zich een revolutie voltrokken die wellicht nog ingrijpender is dan de landbouwrevolutie. De meedogenloze exploitatie van een nieuw continent, samen met de Reformatie, de militaire superioriteit van de Europeanen en de wetenschappelijke revolutie, hebben de Industriële Revolutie, die in de achttiende eeuw in Engeland begon, mogelijk gemaakt. Waarom juist in Engeland? Wat maakte dat land en West-Europa tijdelijk zo anders dan de rest van de wereld?
Maarten van Rossem over hedendaags populisme
Wie had gedacht dat het beschamende einde van de LPF definitief een einde zou maken aan het bozige Nederlandse populisme, kwam bedrogen uit. Zowel Rita Verdonk als Geert Wilders heeft gedemonstreerd dat het populistische kiezerspotentieel bepaald niet kleiner is geworden.
Voor de objectieve waarnemer blijft dat een verbazingwekkende zaak, gezien de baarlijke nonsens die de populistische voorlieden meestal uitkramen. Rita Verdonk is ondertussen gestruikeld over haar eigen organisatorische onvermogen. Wilders heeft het stokje overgenomen en excelleert vooral in handig geformuleerde borreltafelpolitiek. De enorme attractie van deze politieke kermisgasten is dus verrassend stabiel. Hoofdoorzaak lijkt toch wel de bangmakerij voor de niet-bestaande 'islamisering' van Nederland, en de rest van Europa. Er is echter meer aan de hand.
De populistische partijen zijn brede protestpartijen. Een aanzienlijk deel van het electoraat ziet de overheid, het politieke systeem en de maatschappelijke elite kennelijk als de vijand. De vraag is hoe dat komt.
Van Rossems standaardwerk over Amerika in de twintigste eeuw
Sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog zijn de Verenigde Staten de machtigste natie ter wereld. Hun invloed beperkt zich niet tot de politieke en militaire krachtsverhoudingen: de Amerikaanse massacultuur was de afgelopen decennia hun meest succesvolle exportproduct. Hierdoor is de Amerikaanse geschiedenis gedeeltelijk onze eigen geschiedenis geworden.
De Verenigde Staten in de twintigste eeuw laat helder zien hoe het Amerikaanse politieke systeem en de Amerikaanse cultuur sinds het einde van de negentiende eeuw zijn gegroeid en veranderd.
Dit veelgeprezen standaardwerk is geactualiseerd met een korte beschouwing over het weinig succesvolle presidentschap van George W. Bush, dat vrijwel volledig werd bepaald door 9/11 en de daaropvolgende `oorlog tegen het terrorisme´. Op zoek naar echte verandering brachten de Amerikaanse kiezers vervolgens de eerste zwarte president in het Witte Huis.
Maarten van Rossem was bijzonder hoogleraar aan de Universiteit Utrecht. Van zijn hand zijn bij Nieuw Amsterdam verschenen: De wereld volgens Maarten van Rossem, Drie oorlogen, In Amerika, Waarom is de burger boos?, Kapitalisme zonder remmen, Nederland en de Nederlanders (tekstbijdrage aan fotoboek), Wie zijn wij? en Nederland volgens Maarten van Rossem.
Sinds een jaar of tien wordt in Nederland een verwarde discussie gevoerd over de nationale identiteit. Die discussie heeft niet veel opgeleverd. Tal van neonationalistische politici en columnisten hebben ons met grote stelligheid verzekerd dat die nationale identiteit daadwerkelijk bestaat, en zelfs wordt bedreigd door ernstige gevaren. In samenhang met dit debat werd aanvankelijk beslist dat er een Nationaal Historisch Museum moest komen, maar dat verdween weer van het toneel door een combinatie van ruzie en bezuinigingen.
Al die verwarring heeft een zeer voor de hand liggende oorzaak: er is helemaal geen kenmerkende, stabiele nationale identiteit. Nederland is namelijk een klein, maar tegelijkertijd zeer heterogeen land. Wie er over nadenkt zal zich realiseren dat er op zijn best diverse Nederlandse identiteiten zijn, die ook weer onderhevig zijn aan een relatief snel verlopend historisch veranderingsproces. Een NHM zou geldverspilling zijn geweest. Ons hele land is immers een levend museum van ons heterogene verleden.
Maarten van Rossem was bijzonder hoogleraar aan de Universiteit Utrecht. Van zijn hand zijn bij Nieuw Amsterdam verschenen: De wereld volgens Maarten van Rossem, Drie oorlogen, In Amerika, Waarom is de burger boos?, Kapitalisme zonder remmen, Nederland en de Nederlanders (tekstbijdrage aan fotoboek) en Wie zijn wij?
De pers over Waarom is de burger boos? en Kapitalisme zonder remmen
`Glashelder en fair betoog over het ongelijk van de hedendaagse populisten.' FRANS SMITS IN HISTORISCH NIEUWSBLAD
`[...] een even scherpe als boze analyse van de politieke praktijken en de intimiderende gedragingen van de enige populist die er op dit moment in Nederland toe doet.' JAN BLOKKER IN NRC HANDELSBLAD
`Van Rossem beschrijft de weg naar de financiële afgrond helder en gedetailleerd.' HANS VELDMAN IN HET FINANCIEELE DAGBLAD
Sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog zijn de Verenigde Staten het machtigste land ter wereld. Amerikanen hebben daardoor regelmatig last van zelfoverschatting, soms met ellendige gevolgen. Vreemd genoeg worden ze vrijwel even vaak geteisterd door redeloze angstaanvallen. Paranoia dreef hen tot een absurde bewapeningswedloop. President Bush en zijn medewerkers hebben acht jaar oorlog gevoerd tegen een mondiaal terrorisme dat helemaal niet bestaat. Zonder twijfel zijn de Verenigde Staten de enige echt gevaarlijke vijand van de Verenigde Staten. Welke andere natie had immers de Verenigde Staten zon immense schade kunnen berokkenen als de Amerikaanse regeringspolitiek tussen 2001 en 2009? Nu is de vraag of de koele pragmaticus Barack Obama zijn vaderland kan bevrijden uit de koortsdroom van George Bush en zijn duistere leidsman Dick Cheney. Nog belangrijker wellicht is de vraag of Obama de grote, structurele hervormingen die hij heeft aangekondigd kan realiseren. Over deze kwesties en tal van andere Amerikaanse zaken die er niets mee te maken hebben gaat In Amerika.
De complete twintigste eeuw volgend Maarten van Rossem
'Gisteren een terreuraanslag en vandaag weten we al dat er een nieuw tijdperk is aangebroken?' was vlak na 9/11 het retorische antwoord van Van Rossem op een vraag van de tv-presentator. De nuchtere en realistische uitspraken van Maarten van Rossem worden niet door iedereen gewaardeerd. Voor al die mensen die hem wel als een verademing ervaren is er De draagbare Van Rossem. Een selectie uit de artikelen en boeken die hij in de afgelopen jaren heeft geschreven, waaronder de bestsellers Drie oorlogen, Waarom is de burger boos? en Kapitalisme zonder remmen.
De draagbare Van Rossem geeft een helder en compleet beeld van de twintigste eeuw. Maarten van Rossem kan zich nog altijd verbazen over de reusachtige technologische ontwikkeling, ingezet in de negentiende eeuw, en over de spectaculaire welvaartsgroei, over de zinloze nucleaire wapenwedloop ten tijde van de Koude Oorlog, de disfunctionele Amerikaanse politieke cultuur en de opkomst en aanhoudende populariteit van het populisme.
Maarten van Rossem, Nederlands bekendste historicus en Amerikadeskundige, was bijzonder hoogleraar aan de Universiteit Utrecht. Hij is regelmatig te gast als commentator op radio en televisie. Sinds 2008 heeft hij zijn eigen glossy Maarten!. Van Rossem heeft een groot aantal boeken op zijn naam staan, waaronder Waarom is de burger boos?, Kapitalisme zonder remmen, De Verenigde Staten in de twintigste eeuw, Waarom de stoommachine geen Chinese uitvinding is, Europa volgens Maarten van Rossem en Het einde van het Romeinse Rijk.
De autorevolutie begon op 1 december 1913 in Detroit, Michigan. Vanaf die dag produceerde de Ford-fabriek de simpele en relatief goedkope T-Ford aan de lopende band. Ford stelde de Amerikaanse middenklasse en de beter verdienende arbeider in staat een eigen auto te kopen.
In Europa voltrok de revolutie zich pas na 1960, na de snelle welvaartsgroei in de jaren vijftig. Elk Europees industrieland leverde een eigen bijdrage aan de `automobilisering'. De Duitse Bondsrepubliek produceerde de luidruchtige, maar uiterst solide vw kever, die de meest geproduceerde auto ter wereld zou worden. De Fransen kwamen met de ingenieuze 2cv en de Engelsen met de briljante Mini. Het allerliefste autootje was zonder meer de Fiat 500. Binnen vijftien jaar stond Europa op de wielen.
Over Europa volgens Maarten van Rossem:
`Een pamflet tegen de populistische retoriek.' Elsbeth Etty, NRC Handelsblad
Over Waarom de stoommachine geen Chinese uitvinding is:
`Kort en helder legt hij een ingewikkelde kwestie uit.' Historisch Nieuwsblad
In de jaren vijftig en zestig werd de mogelijkheid van een kernoorlog reëel geacht. Of dat inderdaad zo was, is maar de vraag. Beide partijen hadden zich nucleair tot de tanden bewapend, maar waren tegelijkertijd van mening dat een kernoorlog nimmer gevoerd mocht worden. Maarten van Rossem beschrijft in Een kleine geschiedenis van de atoombom welke wetenschappelijke vindingen leidden tot de atoombom. Hij beschrijft de overwegingen achter het het gebruik was de kernwapens tegen Japan aan het einde van de Tweede Wereldoorlog. Vervolgens laat hij zien hoe snel de Russen ook een kernwapen wisten te maken. Hij maakt inzichtelijk hoe de twee supermachten elkaar in de Koude Oorlog in evenwicht hielden door het bezit van kernwapens. Als geen ander weet Maarten van Rossem dit onderwerp goed en aantrekkelijk te behandelen. Het onderwerp is opnieuw bijzonder actueel. Mogelijk willen Amerika en Rusland niet verder met het zogenoemde INF-verdrag over middellange-afstandsraketten.