Vijf eeuwen lang bouwden Frankische koningen en krijgsheren aan hun imperium. Het was ruwweg het tijdperk tussen de oudheid en het jaar 1000. Tegen het einde van de Romeinse overheersing maakten Frankische krijgsheren zich meester van het zuidelijke deel van België. Na drie eeuwen machtspolitiek van het Merovingische huis heersten de Franken al over het grootste deel van de Nederlanden. De koningen van de Karolingische dynastie lijfden tenslotte het resterende deel van onze streken in bij het rijk. Hun lotgevallen zijn diep verbonden met onze eigen geschiedenis.
In `De Franken', dat deel uitmaakt van de serie `Middeleeuwse geschiedenis van de Lage Landen', schetst Luit van der Tuuk niet alleen het optreden van bekende vorsten als Karel de Grote en Pippijn de Korte, maar ook van minder bekende Frankische heersers in de Nederlanden. Hij vertelt aan de hand van de weinige bronnen de lotgevallen van de machthebbers en hun relatie met de Lage Landen en wat dat inhield voor Europa.
De Romeinen en de Franken noemden het kustgebied tussen Zwin (bij Brugge) en Wezer (bij Bremen) Frisia. Zeeland, Holland, Friesland, Groningen, Oost-Friesland: het viel allemaal onder die verzamelnaam. In `De Friezen' brengt Luit van der Tuuk de vroegste geschiedenis van het volk van de kuststreek tot leven. Op toegankelijke wijze legt hij uit hoe de Friezen, een `volk van het water', een voorname rol hebben gespeeld in de Nederlandse geschiedenis. Dat water speelde een verbindingsrol voor de handel, en die handel zorgde ervoor dat zich in Frisia vrij snel een geldeconomie kon ontwikkelen, omdat betaling of afdracht in natura onpraktisch was. Het water leidde ook tot versnippering van territoria, zodat het lastig was in Frisia een centraal gezag te vestigen.
Door hun geografische positie konden de Friezen uitgroeien tot de vrachtvaarders van Noordwest-Europa. Op het snijvlak van de geschiedenis en de archeologie schetst Luit van der Tuuk een beeld van boeren en kooplieden, maar ook van de Friese opstand, koning Radbod en Bonifatius.
Voor de vroege middeleeuwer waren de waarneembare en de bovenzinnelijke wereld volledig met elkaar verweven, laat Luit van der Tuuk zien in `Indiculus'. Iedereen was zich voortdurend bewust van de aanwezigheid van bovennatuurlijke machten die invloed uitoefenden op het aardse bestaan. Van der Tuuk beschrijft in dit boek de spiritualiteit in de vroege middeleeuwen. Als kapstok gebruikt hij de `Indiculus superstitionem et paganiarum', Latijn voor `kleine lijst van bijgelovige en heidense gebruiken'. De daarin bijeengebrachte opsomming van soms moeilijk te doorgronden begrippen levert een verrassende verzameling van religieuze en magische gebruiken op. Luit van der Tuuk werpt in `Indiculus' een helder licht op de spirituele beleving van de vroege middeleeuwers.
`Katla' van Luit van der Tuuk is het verhaal van de buitengewone reis die de jonge vikingvrouw Katla maakte in de negende eeuw. Katla voer twaalf eeuwen geleden op een houten schip van het Zweedse Birka naar Dorestad; een tocht vol ontberingen en gevaar. Aan de hand van haar reis vertelt de Luit van der Tuuk de geschiedenis van Birka, Dorestad en de scheepvaart van de negende eeuw. `Katla' is gebaseerd op historische en archeologische bronnen, maar leest als een meeslepend verhaal.
'De middeleeuwers' van Luit van der Tuuk en Leon Mijderwijk werpt nieuw licht op de mensen uit de middeleeuwen. Een onbekend graf dat opeens van een belangrijk koning blijkt te zijn, een verloofde die met een vloot haar vluchtende bruidegom achterna gaat, en een adellijke vrouw die weigert te trouwen en haar intrek neemt in het klooster; het zijn verhalen die tot de verbeelding spreken. Maar wat weten we nu werkelijk van de mensen die in de vroege middeleeuwen leefden? Luit van der Tuuk en Leon Mijderwijk nemen de lezer aan de hand van verschillende personages uit Nederland en België mee op reis in de tijd. Maak kennis met koningen, priesters, herbergiers, barden en boeren, en ontdek het doen en laten van toen. Op basis van archeologische kennis en schriftelijke bronnen geven Van der Tuuk en Mijderwijk een dynamische indruk van de middeleeuwse belevingswereld. De vroegmiddeleeuwse samenleving was namelijk complex, divers en voortdurend in beweging, en ze blijkt zeker niet zo donker als vaak gedacht.
'Vikingen' door Luit van der Tuuk is een standaardwerk over de Vikingen en Noormannen in België en Nederland. In de vroegste geschiedenis van onze landstreken spelen de Vikingen een belangrijke rol. Dit haast mythisch geworden volk uit het noorden had in de negende en tiende eeuw vele grafplaatsen en nederzettingen in Nederland en België. 'Vikingen in de Lage Landen' laat zien waar de Noormannen zich bevonden en welke sporen ze hebben nagelaten. Daarnaast gaat Luit van der Tuuk in op de cultuur, kunst en religie van de Vikingen. 'Vikingen' bevat meer dan 150 afbeeldingen en kaartjes om de geschiedenis tastbaar te maken.
Luit van der Tuuk is conservator van Museum Dorestad en beheerder van de website Gjallar, geheel gewijd aan de Noormannen. Hij is befaamd vanwege zijn publicaties over de eerste eeuwen van de geschiedenis. Zijn boek 'De eerste Gouden Eeuw' werd bekroond met de W.A. van Es-prijs.
Over middeleeuwse vrouwen zijn veel minder bronnen te vinden dan over mannen. Desalniettemin maakt Luit van der Tuuk in 'Lof en laster' duidelijk dat vroegmiddeleeuwse vrouwen veerkrachtig, vindingrijk en bekwaam waren. Bovendien waren ze in staat (politieke) macht, kennis en creativiteit buiten de huiselijke sfeer uit te oefenen. Van der Tuuk reconstrueert in dit boek de levens van adellijke en gewone vrouwen. Op basis van archeologisch bewijs en geschreven bronnen ontstaat het beeld van krachtige vrouwen, in een periode waarin de macht van de kerk voortdurend toenam.
Terwijl van de late middeleeuwen een geromantiseerd beeld bestaat van ridders en jonkvrouwen, zijn de vroege, `donkere' middeleeuwen lange tijd onderbelicht gebleven. Luit van der Tuuk brengt daar verandering in. Want hoewel in de vroege middeleeuwen Germaanse koningen en krijgsheren de ene dynastieke twist na de andere uitvochten, is het onterecht dit een 'duistere tijd' te noemen. Het was eerder een periode van grote verandering, waarin zich een nieuw elan aftekende: een tijdperk van staatsvorming waarin onze streken een belangrijke rol speelden. De Lage Landen maakten deel uit van het Frankische Rijk. Het gebied van het huidige België en Nederland was de kraamkamer van het imperium dat de grootste soevereinde entiteit in West-Europa sinds de Romeinen zou worden.
In `De Franken in België en Nederland' schetst Luit van der Tuuk niet alleen het optreden van bekende vorsten als Karel de Grote en Pippijn de Korte, maar ook van minder bekende Frankische heersers in de Nederlanden. Hij vertelt aan de hand van de weinige bronnen de lotgevallen van de machthebbers en hun relatie met de Lage Landen en wat dat inhield voor Europa.
Luit van der Tuuk scheidt in `Radbod' feit van fictie en vertelt de ware geschiedenis van de historische vorst Radbod. De Friese koning Radbod heerste rond 700 na Christus over een groot kustgebied van Vlaanden, Holland, Friesland, Groningen en Oost-Friesland tot aan Bremen. In de in 2018 verschenen film `Redbad' voert de legendarische Friese koning met hulp van de Vikingen een heftige strijd tegen de christenen die met harde hand hun geloof opdringen in de Lage Landen. Van der Tuuk, expert op het gebied van de vroege middeleeuwen, toont aan dat de film vol zit met anachronismen en onjuistheden. De film én het boek `Radbod' zetten de buiten Friesland bijna vergeten Redbad weer terug op de plek waar hij hoort, als één van de belangrijkste en machtigste vorsten die de Lage Landen ooit heeft gehad.
`De lier van Trossingen' van Luit van der Tuuk is een gids voor de verkenning van de vroegmiddeleeuwse muziek. In de vroege middeleeuwen hadden muziek en muziekinstrumenten een bijzondere betekenis met een eigen sociale functie. Bij de Germanen was de lier het belangrijkste snaarinstrument; in een zesde-eeuws koningsgraf is er één bijna geheel gaaf aangetroffen. Naast de geschiedenis van muziek, de bouw van instrumenten en de uitvoering van de heldendichten vertelt topauteur Luit van der Tuuk ook over de maatschappelijke en culturele context waarin de lier een belangrijke rol speelde.
`De lier van Trossingen' is een deel in de serie Tastbaar Verleden.
In de dertiende eeuw ontstond de Hanze, een succesvol samenwerkingsverband van diverse handelsplaatsen. Uit deze periode is een groot aantal scheepswrakken teruggevonden, die ons informatie verschaffen over de scheepsbouw uit die tijd. Uit de vroegere middeleeuwen is dergelijk materiaal nauwelijks voor handen. De weinige bronnen die er zijn, zijn fragmentarisch. Des te verrassender is het beeld dat Van der Tuuk schetst van de Nederlandse scheepvaart in de vroege middeleeuwen, waarin, betoogt hij, de basis werd gelegd voor latere 'Gouden Eeuw'.