Wij gaan verhuizen, begon mijn vader, alsof hij deze gedragsvorm persoonlijk had uitgevonden. Mijn moeder knikte een beetje nerveus mee. Naar de Berlaazjelaan, ging mijn vader verder, al dan niet met opzet de naam van deze gekende architect zo opsjiekend, dat er geen twijfel over kon bestaan dat we een flinke sprong voorwaarts gingen maken en nu als vanzelf in de gelederen kwamen van gebruikers van een garaazje, etaazje en etalaazje.
Herinneringen. Hoe ouder je wordt, hoe meer je er hebt. En al die flarden probeer je in een zinvol verband te plaatsen om een kloppend verhaal van je leven te maken. Het schrijven van memoires is daardoor misschien wel de meest leugenachtige literatuursoort.
Als gewaarschuwd man kies ik daarom in Met een scheef oog niet voor memoires, maar voor het schetsen van tijdsbeelden aan de hand van mijzelf. Vanaf mijn geboorte in de oorlog tot aan het begin van de jaren zeventig. Van 'Eet je bord leeg, weet je wel hoe het in de oorlog was?' tot aan de ontketende revoluties van de jaren zestig en zeventig door die verwende oorlogskinderen en babyboomers. Van de wederopbouw, het opgroeien in een sterk verzuilde samenleving, de woningnood, de rangen en standen in het Gooi tot de overstap naar het studentenleven in Amsterdam, het leven met jazz, tabak, seks en de revolutie aan de universiteit. En de schrijver was er in elk geval bij.
Herman Pleij is emeritus hoogleraar middeleeuwse letterkunde aan de Universiteit van Amsterdam.
In deze sterk uitgebreide en geactualiseerde editie van Moet kunnen wordt een nieuwe plaatsbepaling gegeven van de moet kunnen-mentaliteit waar wij Nederlanders ons al eeuwenlang zo goed bij voelen. Maar waarom blijkt deze praktische gedoogcultuur bijvoorbeeld niet opgewassen tegen onze huidige paniek bij de komst van vluchtelingen, die tot nu toe toch in de regel onze welvaart bevorderd hebben? Worden ze daarom overstelpt met bijna verstikkende hulpacties? Antwoorden daarop liggen in onze geschiedenis, maar dat verhaal wordt tegelijkertijd onzichtbaar gemaakt door het even modieuze als angstige omlabelen van een verleden dat niet meer in de smaak valt. Daarom hangen er ineens in het Rijksmuseum geen schilderijen meer met 'negers' en 'kaffers'. Herman Pleij vertelt op onovertroffen wijze in Moet (nog steeds) kunnen het grote verhaal: hoe de zucht naar een eigen identiteit ons verleden én heden bepaalt.
[auteurfoto]
Herman Pleij is emeritus hoogleraar middeleeuwse letterkunde aan de Universiteit van Amsterdam. Hij heeft een bijzondere belangstelling voor de cultuurhistorische achtergronden van de nationale identiteitsvorming.
Over Moet kunnen:
'Weinig televisieprofs kunnen zo aanstekelijk spreken over onze "identiteit" als de mediëvist Herman Pleij. Ook op papier, zoals in de bundel Moet kunnen, hóór je hem praten.'
ELSEVIER
'Op hilarische wijze schetst Pleij de beelden zoals die in binnen- en buitenland van Nederland en de Nederlanders bestaan.'
DE GELDERLANDER
'Treffende voorbeelden en rake observaties.'
GESCHIEDENIS MAGAZINE
Jarenlang waren vier Amsterdamse wereldmusea wegens verbouwing gesloten. Dat vond iedereen stom. Maar niemand kon er iets aan doen - `daar ga ik niet over is al eeuwenlang het motto van de bv Nederland. En ze zijn toch weer open? Nou dan. Toch is Nederland juist door gebrek aan leiderschap en zwak centraal bestuur al meer dan vijf eeuwen ongekend welvarend. De horizontale samenleving nodigt ieder uit het zijne van alles te zeggen, wat resulteert in een enorme ideeënrijkdom. We zijn ook uitermate bedreven geraakt in het bereiken van compromissen en draagvlakken. Maar spruiten zulke gedragsvormen vanzelf voort uit de nederzettingsgeschiedenis of zijn ze door ons gecreëerd? Het poldermodel komt toch niet uit de lucht vallen? En gaat het eigenlijk nog wel goed? Traag bestuur, veel regels, ontduiken van verantwoordelijkheid, managementcultuur, gebrek aan coördinatie en controle op de uitvoering van beleid dreigen ons welvaartmodel te smoren. Een verkenning van de cultuurhistorische achtergronden kan meer inzicht geven. Of maakt iedereen dat zelf wel uit?
Herman Pleij is hoogleraar middeleeuwse letterkunde aan de Universiteit van Amsterdam. Hij publiceerde in 2013 Meer zuurs dan zoets. Refreinen en rondelen van Anna Bijns, en in 2011 Anna Bijns, van Antwerpen. Pleij heeft een bijzondere belangstelling voor de cultuurhistorische achtergronden van de nationale identiteitsvorming.