Onthullend portret van de eerste Nederlander die terechtstaat voor genocide
De Nederlandse zakenman Frans van Anraat leverde in de jaren tachtig duizenden tonnen grondstof voor gifgas aan lrak. Daarmee kon dictator Saddam Hoessein massaal mosterdgas en zenuwgassen tegen burgers en militairen inzetten.Oorlogsverslaggever Arnold Karskens volgt Van Anraat al vijftien jaar. In 1991 maakte hij in Bagdad zijn eerste interview met hem en daarna kruisten hun wegen zich met grote regelmaat. Mede op grond van zijn onderzoek en zijn publicaties in Nieuwe Revu werd Van Anraat uiteindelijk veroordeeld tot vijftien jaar gevangenisstraf.
Geen cent spijt (een uitspraak van Van Anraat) beschrijft uitvoerig het opmerkelijke leven van de Nederlandse Ali Chemicali. Karskens ging terug naar Van Anraats jeugdjaren en ontdekte hoe de oorlogsmisdadiger, gedreven door een onstilbare honger naar geld en vrouwen, via ingenieuze routes en nepbedrijven jarenlang de internationale exportverboden wist te omzeilen.
Arnold Karskens (1954) kreeg de afgelopen vijfentwintig jaar bekendheid als een van Nederlands beste en volhardendste oorlogsverslaggevers. In 2003 maakte hij als enige Nederlandstalige journalist de Slag om Bagdad van nabij mee. Hij werkt voor het weekblad Nieuwe Revu en levert daarnaast bijdragen aan vele Nederlandse en Vlaamse radio- en tv-zenders. Bij Meulenhoff verschenen van hem Berichten van het front, Pleisters op de ogen, pleister op de mond, Reizen langs de frontlijn en Onze man in Bagdad.
Over Arnold Karskens:'Een vakman' - H.J.A. Hofland
'Topjournalist' - Barend en Van Dorp
'Nummer van de oorlogsverslaggevers' - Knack
Wie deden en doen er aan Nederlandse zijde verslag van een oorlog? Hebben deze Nederlandse journalisten de waarheid kunnen achterhalen? Onder welke omstandigheden deden zij hun werk? Wat waren de technische of logistieke problemen, was er sprake van (zelf-)censuur, intimidatie, of leugens, of eigen vooringenomen politieke standpunten? Arnold Karskens schrijft in 'Pleisters op de ogen' de unieke en totaal onbekende geschiedenis van de Nederlandse oologsverslaggeving. Aan bod komen onder meer Napoleons mars naar Rusland, de Brusselse Opstand van 1830, de Tweede Boerenoorlog, de Eerste en de Tweede Wereldoorlog, de Indonesische bevrijdingsoorlogen, de Hongaarse opstand, de Vietnamoorlog, de Golfoorlog en de strijd in voormalig Joegoslavië. Daarnaast is een hoofdstuk gewijd aan de dood van zes Nederlandse journalisten in El Salvador en Oost-Timor, en is er aparte aandacht voor de vrouwen in dit vak en de verdiensten van de oorlogsverslaggevers.