Atlas Contact
-
In `Luisteren &cetera' vertellen Pieter Steinz en Bertram Mourits het fantastische verhaal van popmuziek in 104 klassieke albums en de artiesten die ze opnamen. De jeugd van tegenwoordig luistert naar Drake, maar ook naar The Smiths of ABBA - van alles door elkaar dus en zo hoort het ook. Maar Spotify Discover Weekly mag dan een geweldige manier zijn om onbekende muziek te leren kennen, je leert er niet van waarom Oasis iets weg heeft van The Beatles. Steinz en Mourits beschrijven hoe al die soorten muziek met elkaar in verband staan, waar ze vandaan komen en hoe ze uiteen gingen lopen. Ergens in de jaren vijftig, toen blues, gospel en country samenkwamen en met een big bang ontploften, ontstond het universum van de pop zoals we dat inmiddels kennen. In de jaren tachtig en negentig werden nieuwe stromingen als house en hiphop opgenomen in de veelzijdige tempel van de popmuziek.
-
In `Strijdtoneel' schetst Joost Galema het leven van Bastiaan Everink, en diens fascinerende zoektocht naar identiteit. Everink is een gedreven elitesoldaat, maar na een militaire missie in Noord-Irak, in de nasleep van de Eerste Golfoorlog, begint hij te twijfelen aan zijn roeping als marinier. In Strijdtoneel vertelt hij hoe hij op een avond geraakt wordt door de opera Parsifal van Richard Wagner, en besluit het roer om te gooien. Hij verlaat het Korps Mariniers om klassieke zang te studeren. Opnieuw moet hij de strijd met zichzelf aangaan: hoe word je wie je bent? Millimeter voor millimeter verovert hij een plek op de operabühne, en gaandeweg komt hij ook steeds meer over zichzelf te weten.
-
In 1969 schreef Jan Donkers zijn laatste stuk over muziek. In 1979 deed hij dat weer. En in 2000 besloot hij dat het voor de laatste keer was dat hij een muziekfestival zou presenteren. Net als in 2010. Steeds dacht hij: Nu ben ik een oude man - het begint belachelijk te worden dat ik me met die `kindermuziek' bezighoud.
2013: Jan Donkers is zeventig en hij begint een radioprogramma op KXRadio: hij draait platen van bandjes waarin zijn kleinkinderen hadden kunnen spelen. Belachelijk? Allerminst. Wat Donkers in 1969, 1973 en 1979 niet wist, weet hij nu: terwijl hij ouder werd, werd zijn lievelingsmuziek tijdloos. In Rock-'n-roll voorbij de midlifecrisis vertelt Donkers over zijn lange, bijzondere reis: via de muzikanten die hij sprak, de reizen die hij maakte, culminerend in - nota bene - een cruise. Hoe dat mogelijk is, begrijpt Donkers nog steeds niet. Want ouder hoeft niet per se wijzer te betekenen. -
In De Goldbergvariaties koppelt Philip Kennicott het beheersen van een muziekstuk aan het kennen van een mens. Als zijn moeder op haar sterfbed ligt, luistert Kennicott obsessief naar de muziek van Johann Sebastian Bach. In het uur van haar dood lijkt dit de enige muziek die niet triviaal is, muziek bovendien die hem helpt de nabijheid van de dood te ondergaan en zich ermee te verzoenen. Na haar overlijden zoekt Kennicott troost in Bachs Goldbergvariaties, een van de meest fascinerende en veeleisende muziekstukken ooit geschreven. Terwijl hij zijn best doet de Goldbergvariaties te spelen, leert hij zichzelf beter kennen en zijn moeilijke, gecompliceerde jeugd onder ogen te zien.
Hij weet de schoonheid van de melodieën, de harmonieën van Bachs klaviermeesterwerk over te brengen, maar ook de vaak frustrerende uitdagingen van dit muziekstuk. Tijdens het verkennen van Bachs compositie roept Kennicott twee vragen op die steeds meer met elkaar verbonden worden, als een contrapuntische passage uit een van de variaties zelf: wat betekent het om een muziekstuk te kennen? Wat betekent het om een ander mens te kennen?
-
Jan Rot neemt zijn publiek mee naar het einde van de vorige eeuw, de jaren '90. Dichtbij en toch alweer ver weg. Vanaf nieuwjaarsmorgen 1990 tot het aftellen voor het nieuwe millennium, lopen we langs Rots hoogte- en dieptepunten als zanger, liedjesschrijver, theatermaker en columnist. (Op privé-besognes en liefdeszaken is fors gesnoeid, want dat weten we nu wel.) Tussendoor wordt ruim gestrooid met O ja!-momenten uit het collectief geheugen. Een heerlijke tijdreis, ook voor wie denkt: `Mmm, jaren '90 heb ik niet veel mee.' Laat dat maar aan Jan over, oftewel: ieder voor zich, Rot voor ons allen!
-
In Volgens Willem vertelt Yaël Vinckx over de opkomst van een van Nederlands bekendste poppromoters: Willem Venema. Hij begint met een optreden van Herman Brood bij een Nijmeegse studentenvereniging, voor een paar tientjes. Als hij daarna de Talking Heads naar datzelfde Nijmegen haalt, dichten de mensen hem een voorspellend vermogen toe. Als hij Pinkpop uit de modder trekt, heet hij de `redder van Limburg'. Niet lang daarna kronen ze hem tot `keizer van het clubcircuit' en spreken ze jaloers van `zijn koninkrijk'. En dan zit hij thuis, omdat hij niet meer te handhaven is.
Volgens Willem gaat over popsterren en hoe ze zich áchter de schermen gedragen. Over hoe een hobby een business wordt en een business een industrie. In die industrie doen de aandeelhouders hun intrede, en met hen komen de managers en de juristen. Gezamenlijk verdrijven ze Willem, poppromotor van het eerste uur.
-
In [Voudou] reist Leendert van der Valk van New Orleans naar Haïti, Suriname, Togo en Benin, op zoek naar de relatie tussen voodoo en moderne muziek. De jazz van Louis Armstrong, de afrobeat van Fela Kuti, de kaseko van Lieve Hugo, de blues van Robert Johnson; ze waren er niet geweest zonder voodoo, of [voudou]. Voodoo is een oeroud West-Afrikaans geloof dat met de slaven mee kwam naar de Nieuwe Wereld, dat werd verboden, maar overleefde in de muziek waar we vandaag de dag nog naar luisteren. Van der Valk vertelt een verhaal dat eeuwenlang niet verteld mocht worden en neemt de lezer mee naar voodoorituelen, straatfeesten en popconcerten onder begeleiding van een funky soundtrack. Maar [Voudou] is meer dan een muziekboek. Onderweg krijgt de lezer inzicht in de grote, grijze geschiedenis van de slavernij, van verzet en culturele trots en hoe de Afrikaanse goden nog elke dag worden aanbeden door miljoenen mensen wereldwijd.
-
Wat maakt opera tot zon geliefde kunstvorm? De muziek natuurlijk, en de menselijke zangstem die onuitsprekelijke emoties vertolkt. Maar dat is nog lang niet alles. Opera is ook theater: muziektheater waarin alle kunsten samenkomen. In Mijn opera graaft Willem Bruls diep onder de lagen van muziek en zang. Hij probeert de intenties van componisten te achterhalen en zo de actualiteit van de werken bloot te leggen om de rijkdom van opera aan te tonen. Talloze personen komen aan bod: Monteverdi, Mozart, Strauss en Wagner, maar ook Casanova, Goethe en Stalin, en onderwerpen als het oriëntalisme, dat grote invloed heeft gehad op de opera. Er wordt ingegaan op het uitvoeren van muziek, en de kunst van het zingen, met oude diva's als Callas en nieuwe zoals Eva-Maria Westbroek. Bijzondere theatermakers als George Tabori en Anna Viebrock worden belicht. En uiteraard zijn er anekdotes, zoals over de mimende sopraan die Norma vertolkte zonder stem en over Wagners achterkleinzoon Gottfried. Willem Bruls schrijft al twintig jaar over opera en muziektheater, onder andere voor De Standaard, en The Wall Street Journal Europe. De afgelopen tien jaar is hij als dramaturg betrokken geweest bij diverse operavoorstellingen in binnen- en buitenland, onder andere in Antwerpen, Riga, Parijs en Glasgow. In Mijn opera maakt hij de persoonlijke balans op van die ervaringen. Over Ontvoering, verleiding en bevrijding De Oriënt in de opera: Bruls zet grote lijnen uit. Dat doet hij goed, met een fijne neus voor pikante details.- NRC Handelsblad Over Opera achter de schermen: Pionierswerk en zeker een aanrader voor hen die zich met iets meer bagage in het blozende pluche willen vlijen. Leeuwarder Courant