Het zijn de jaren zeventig en de misdaad viert hoogtij in New York. Ray Carney, familieman, huisbaas en (ogenschijnlijk) keurige eigenaar van een goedlopende meubelzaak in Harlem, heeft zijn dubbelleven als heler afgezworen. Hij is vastberaden om op het rechte pad te blijven. Totdat zijn dochter hem smeekt om kaarten voor The Jackson 5. Het kan vast geen kwaad om Munson, zijn oude contactpersoon bij de politie en een beruchte fixer, een gunst te vragen. Munson eist een wederdienst en plotseling wordt het voor Carney ingewikkeld, zelfs levensbedreigend om zich te onttrekken aan het spel...
Ondertussen probeert Carneys oude vriend en wapenbroeder Pepper mee te komen met de veranderende mores van de Harlemse onderwereld. En om af en toe een klusje te klaren. Uiteindelijk zullen Carney en Pepper het samen moeten opnemen tegen de ongure, gewelddadige en corrupte machthebbers van hun aftakelende metro-pool. Maar het juiste doen heeft altijd zijn prijs.
In Colson Whiteheads `De ondergrondse spoorweg' is Cora slavin op een katoenplantage in Georgia. Haar helse leven staat op het punt om nog erger te worden: de wrede eigenaar heeft zijn oog op haar laten vallen. Ze besluit om te vluchten, en met hulp van de Ondergrondse Spoorweg (in Amerika het begrip voor het clandestiene netwerk van antislavernijactivisten) begint ze een lange, huiveringwekkende reis door de zuidelijke staten van Amerika richting het vrije Noorden, met de slavenpatrouille op haar hielen.
`De ondergrondse spoorweg' is bekroond met de National Book Award.
`Fantastisch, aangrijpend.' - Barack Obama
`Een overweldigende roman.' - NRC Handelsblad
`De jongens van Nickel' van Colson Whitehead is de hartverscheurende opvolger van de bekroonde internationale bestseller `De ondergrondse spoorweg'. In deze nieuwe roman ontleedt hij een nog recenter duister hoofdstuk uit de Amerikaanse geschiedenis - het tijdperk van de Jim Crow-rassenwetten in het Zuiden van Amerika - aan de hand van het verhaal van twee tieners op een helse tuchtschool in Florida.
Het zijn de beginjaren van de burgerrechtenbeweging, en de zestienjarige Elwood Curtis gaat zijn toekomst vol vertrouwen tegemoet. Totdat hij vanwege een vergissing op de Nickel Academy belandt. Met name de zwarte jongens worden aan het sadisme van hun witte bewakers uitgeleverd. Misbruik, marteling en corruptie zijn aan de orde van de dag; voor het minste vergrijp worden de jongens `naar achter' gebracht - vanwaar ze nooit meer terugkomen. In deze gruwelkamer is er voor Elwood één houvast: zijn vriend Turner, die geen enkele ambitie koestert, behalve ontsnappen uit Nickel.
`Harlem Shuffle' van Colson Whitehead gaat over Ray Carney, een beschaafde meubelverkoper die voor zijn klanten en buren in 125th Street een fatsoenlijk leven probeert te leiden. Zijn vrouw is in verwachting van hun tweede kind, en ook al wonen ze in een krap appartement te dicht bij het metrospoor: hij heeft veel bereikt, hij is tevreden.
Wat weinig mensen weten, is dat Ray afkomstig is uit een geslacht van bendeleden en boeven, en dat zijn brave burgermansbestaan barsten begint te vertonen. Barsten die steeds groter worden dankzij zijn louche, onfortuinlijke neef Freddie, die dankbaar gebruikmaakt van Rays keurige façade - en hem ondertussen steeds dieper de Harlemse onderwereld in sleurt.
Terwijl Ray worstelt met zijn dubbelleven begint hij steeds duidelijker in te zien wie de touwtjes in handen heeft in Harlem. Lukt het Ray om hier zonder kleerscheuren uit te komen - om zijn neef te redden, zijn deel van de winst te pakken en tegelijkertijd zijn reputatie hoog te houden?
In `Zone 1' van Colson Whitehead splijt een pandemie de mensheid in tweeën: de levenden, en de levende doden. Nadat de eerste slachtoffers zijn gevallen probeert de niet-geïnfecteerde Amerikaanse bevolking de samenleving opnieuw op te bouwen. De belangrijkste taak: het terugveroveren van Manhattan, waar verscholen, moordlustige zombies happen naar het menselijke vlees dat hen probeert uit te roeien. Opererend vanuit een veilige enclave ten zuiden van Canal Street - Zone 1 - neemt een verdelgingseenheid het op zich om deze zogenaamde achterblijvers te elimineren. Mark Spitz is lid van zo'n team. In een tijdsbestek van drie dagen probeert Mark grip te krijgen op een uit de hand lopende situatie, terwijl de prille beschaving langzaam onder zijn voeten weg lijkt te vallen. En dan gaat het pas écht helemaal mis.